|
Onze ankerplek bij het eilandje Uligamu in de Maldives. |
We liggen voor anker bij het plaatsje Uligan op het eiland
Uligamu, een klein plaatsje met ongeveer 600 inwoners. De bewoners zijn
hoofdzakelijk islamitisch. In dit dorpje is het gemeenschapsgevoel sterk
ontwikkeld. Als er iets gedaan moet worden voor de gemeenschap vormt men
groepjes die in hun vrijetijd de werkzaamheden uitvoeren, zoals bijvoorbeeld
het bouwen van een nieuwe moskee. Veel is er niet te doen en je kunt bij laag
water het eiland in 2 tot 3 uur rond lopen. Waar de bewoners hun geld mee
verdienen is ons niet helemaal duidelijk geworden. Er is natuurlijk een customs
en immigratie gebouw met medewerkers, omdat Uligan een van de drie plaatsen is
waar je in de Maldives kunt inklaren.
|
Het welkomst comité voor de inklaringsprocedure. De man met het overhemd is Assad met naast zijn rechter hand.
|
Er zijn twee moskeeën, een basisschool,
één restaurantje en drie kleine winkeltjes met de basisbehoeften aan
boodschappen. Alle wegen zijn onverhard en zanderig. In het dorpje is het super
schoon, dagelijks onderhouden de bewoners de wegen, alles wordt aangeharkt en
eventueel zwerfvuil en bladeren worden verwijderd. Zodra je echter buiten het
dorpje komt en een wandeling langs de kust maakt, is het weer zoals overal op de
eilandjes waar we zijn geweest. Er is een overmaat aan plastic afval. Veel
plastic flessen en materialen die op vissersboten worden gebruikt, zoals
olieflessen, stukjes net, touw en slippers. Wat dat betreft is er geen groot
verschil met de eilanden in de Atlantische Oceaan, het Caribische gebied of de
Stille Oceaan. Overal zie je hetzelfde beeld. Met enige regelmaat wordt het
dorpje bevoorraad met verse producten, drinkwater en alle andere soorten
basisbehoeften.
|
Dit is het plein bij de haven, met op de achtergrond de nieuwe moskee. Auto's zie je hier niet, wel brommers en scooters. |
Op het eilandje zelf hebben wij een grote oppervlakte gezien
waar men verse groenten verbouwd. Het inklaren verloopt hier zeer professioneel
en snel. Als je aankomt mag je niet van je schip af. Je moet de quarantainevlag
hijsen en daarna afwachten totdat de mensen van alle instanties met een bootje
langskomen. Bij aankomst geven ze alle boten ongeveer vier uur de tijd om even
uit te rusten, daarna kloppen ze aan. Er komen vijf mensen aan boord, onze
agent Asadhulla Mohamed, of kortweg Assad genoemd, een dame voor de
biosecurety, iemand van de immigratiedienst en iemand van de douane. De vijfde
man, waarvan we de naam helaas niet meer weten, is de man die alles regelt
zoals SIM-kaartjes, diesel en water. Dus terwijl Assad bezig is met het
papierwerk, zorgt hij ervoor dat onze telefoontoestelletjes worden voorzien van
een SIM-kaartje en voldoende GB om de komende weken te kunnen WhatsAppen en
Internetten.
|
Een van de weinige in het wild levende dieren op dit eiland. Volgens ons is het een kameleon. |
Het aanspreekpunt voor alle jachten is echter Assad. Deze man
regelt echt alles. Bij het inklaren zitten alle mensen bij ons binnen aan
tafel. Alleen Assad voert het woord namens alle partijen, hij spreekt vloeiend
Engels. De anderen zitten erbij, lachen af en toe wat, maar spreken geen woord Engels
met ons. Nadat alle papieren zijn voorzien van onze scheepsstempel en mijn
handtekening, neemt Assad alle papieren en onze paspoorten mee. Nog diezelfde
middag gaan ik met onze dinghy naar de wal. Bij aankomst in de haven staat
Assad mij op te wachten. Hij neemt mij mee naar zijn huis, waar we de
vuilniszakken kunnen afgeven, de was kunnen achterlaten en waar hij ons
voorziet van contant geld. Hij fungeert namelijk ook als bank omdat er geen ATM
op het eiland aanwezig is. Alles wat je bestelt, dus ook contant geld, wordt op
je rekening bijgeschreven.
|
Een aantal dagen na onze aankomst zijn ook diverse vrienden uit de Sail2Indonesië rally aangekomen. Heel gezellig. |
Deze betaal je pas, met je creditcard, op het moment
dat je uitklaart en je paspoort is voorzien van een stempel. Meestal doe je
dat een dag voor vertrek. Omdat er de afgelopen dagen drie boten zijn
aangekomen, nodigt hij alle opvarenden uit om die avond bij hem thuis te komen
eten. Als we ’s-avonds bij hem aan tafel zitten, geeft hij ons onze paspoorten
terug, voorzien van een visumstempel. Het eten is in de vorm van een buffet, diverse
Curry’s en gebakken rijst met groenten en noten en natuurlijk wat zoetigheid
als toetje. Het eten is echt heerlijk. Je ziet dat de lokale keuken sterk
beïnvloed wordt door de Indiase keuken met zijn vele Curry’s.
|
Eén van de drie winkeltjes op dit eiland. |
De volgende dag
ga ik naar de wal om alle winkeltjes te bezoeken om te zien wat er zoal te koop
is. De winkeltjes zijn klein maar voorzien in alle basisbehoeften met voldoende
rijst, aardappelen, groente en fruit, eieren en brood en alle andere zaken die
je aan boord nodig hebt. We doen wat boodschappen om onze voorraden weer wat
aan te vullen. We hebben met Assad afgesproken dat wij een cruising permit
krijgen om een aantal eilandjes van de Maldives te bezoeken. Wij hebben zelfs
even WhatsApp contact met twee resorts waar we willen ankeren en die we willen
bezoeken om te genieten van de luxe die deze bieden. We zijn van harte welkom,
via de WhatsApp dan. Een paar dagen later, als de wind uit het noordwesten wat
is afgenomen, gaan we op pad. Op de motor varen we naar het eerste resort, een
afstand van 5 nm. Bij aankomst bel ik met mijn contactpersoon. Daar komt onze
eerste ontgoocheling. Nee we kunnen niet ankeren in de buurt van het resort en
ook kunnen we geen gebruik maken van de vrije moorings die bij het resort
aanwezig zijn.
|
Bij een wandeling rond het eiland komen we dit prachtige strandje tegen, voor de verandering eens zonder plastic. |
Wel kunnen we ankeren bij het naastgelegen picknick eiland en
dan met de dinghy naar het resort toekomen varen. De aangewezen ankerplek is
echter alleen geschikt als tijdelijke plek omdat het zeer snel te diep en
ondiep wordt, dus als de wind ietsje draait lig je op het rif. We gaan met de
dinghy naar het strand en zwemmen en snorkelen wat. De plek is echter te
gevaarlijk om de Ikinoo op zichzelf achter te laten om bij het resort en te
gaan lunchen. We besluiten het anker op te halen en naar een ander eiland te
varen waar op papier drie ankerplekken zijn. Je kunt daar met de dinghy naar het
haventje varen en van daaruit het stadje inlopen. Dit stadje is veel groter dan
Uligan en herbergt verschillende winkeltjes en restaurants, waaronder een op
internet leuk uitziend gril restaurant. Bij aankomst ontdekken we echter dat de
ankerplekken zijn verdwenen. Daar waar het 6-10 meter of 17 meter diep zou
moeten zijn, meten we nu een diepte van bijna 30 meter.
|
Alle straten in Uligan zijn onverharde zandwegen. Het dorpje wordt door de inwoners super schoon en netjes gehouden. |
We varen diverse keren
over de ankerplekken heen, maar zien geen plek waar we ons anker kunnen laten
vallen. Als we nog eens goed rondkijken, zien we dat men aan de noordkant van
het eiland bezig is met zwaar materieel, waardoor bij ons het vermoeden ontstaat
dat men de ankerplekken heeft afgegraven om aan bouwstoffen te komen voor de te
bouwen constructie. Helaas lukt het ons op geen enkele wijze om hier meer
informatie over te verkrijgen, ook niet via Assad. Gedesillusioneerd besluiten
we terug te gaan naar Uligan om daar nieuwe plannen te maken. Aan het einde van
de middag liggen we terug op onze eerste ankerplek. De volgende dag hebben we
contact met bevriende zeilers op de CathayOz die, 200 nm zuidelijker, bij Male zijn
ingeklaard.
|
De Ikinoo en de CathayOz broederlijk bij elkaar na aankomst uit het zuiden van de Maldives. |
Zij ondervinden ook veel problemen met het zoeken naar goede
ankerplekken. Navraag leert ons uiteindelijk dat zeilschepen bij de resorts in
het geheel niet welkom zijn en dat alle leuke eilandjes door de grote
hotelketens nu voorzien zijn van een resort. Daarnaast zijn er zeer weinig
bruikbare ankerplekken met een diepte van 20 meter of minder, veelal is de
diepte binnen de diverse atollen 30-40 meter, te diep voor ons om met onze 60
meter ketting te ankeren. In sommige havens ben je welkom als je dat van
tevoren reserveert omdat de kade van de haven ook gebruikt wordt voor het laden
en lossen van materialen en voedsel. We besluiten dan ook niet verder te gaan
en bij het plaatsje Uligan te blijven totdat het weer en de wind goed genoeg
zijn om naar Djibouti te zeilen. Assad vindt het zeer vervelend dat wij deze
ervaring hebben en stelt diverse malen voor om ons, tegen betaling natuurlijk,
met de boot naar het resort te brengen voor een borrel en een diner.
|
Ook hier, op dit afgelegen eiland in de Indische Oceaan, is de wens naar groene energie aanwezig. Helaas heeft dit windmolenpark maar een paar dagen gewerkt en staat nu stil. |
Gezien
echter de ervaring die wij hebben met de manager van dit resort, bedanken wij
voor de eer. Achteraf maar goed ook, want een onze vrienden van de CathayOz is daar wat dagen
later wel wezen eten en was voor een diner voor twee personen us$ 400,00 kwijt.
Dat gaan wij zeker niet aan een diner besteden. Wij hebben echter genoeg werk
te doen om ons niet te behoeven te vervelen. Tijdens de squall, die wij op de
tweede dag van onze overtocht naar de Maldives over ons heen hebben gekregen,
is er in het grootzeil een klein scheurtje ontstaan en is de schoothoek van de
yankee beschadigd. Tijd dus om naald en draad ter hand te nemen. Als een
volleerde zeilmaker ben ik een aantal dagen bezig om de zeilen te herstellen.
Het scheurtje in het grootzeil is snel gemaakt met een stukje zeil dat ik er
overheen stik. Bij de Yankee is het wat anders, daar zijn geen scheurtjes
opgetreden maar zijn diverse stiksels rondom de schoothoek losgekomen.
|
De ankerplek wordt steeds drukker. De Ikinoo ligt helemaal rechts in beeld. |
Langs de
randen van de yankee zijn drie tot vijf lagen zeil aanwezig, waar je niet
zomaar met je naald doorheen prikt. Voor elke steek moet je dus eerst met een
priem een gaatje maken, een hele klus dus. Bij de Yankee leek de schade erger
dan dat het daadwerkelijk was, alleen de laag met UV-protectie was losgekomen
en niet de stiksels het zeil zelf. Maar toch nog veel werk om alles netjes met
de hand te herstellen. Het resultaat is echter prima, het zeil is zelfs sterker
dan voorheen omdat ik dik garen heb gebruikt, aangezien het dunne garen op was
gegaan. Zo heb je wel eer van je werk. Ondertussen had men ons voorzien van
diesel en water en zaten de tanks en jerrycans dus weer helemaal, vol in
afwachting van ons weer window. Omdat er steeds meer boten voor anker kwamen
liggen, organiseerde de dorpsbewoners op zondag een diner op het strand. Tegen
betaling van us$ 20,00 pp, kregen we een heerlijke maaltijd in buffet vorm
voorgeschoteld.
|
De twee eigenaren van het lokale restaurantje. Geen alcohol maar wel alle soorten sapjes en milkshakes. |
Men had het strand ingericht met diverse tafels met banken. Op
de tafels stonden kaarsen en bij de tafel met het eten een sterke lamp zodat je
goed kon zien wat je op je bord schepte. Na afloop voeren we met onze dinghy
terug naar de Ikinoo voor een heerlijk slaapmutsje. Want wat ik nog vergeten
was te vertellen, op de Maldives kun je, met uitzondering van de resorts, geen
alcohol kopen, het wordt zelfs niet op prijs gesteld als je het zelf meeneemt
naar de wal of het strand. Water en thee is wat ze serveren tijdens het diner.
De dagen daarna liep de ankerplek steeds verder vol met zeiljachten vanuit
Thailand, Sri Lanka en Maleisië. Veel van deze jachten hebben daar drie jaar
stilgelegen vanwege het feit dat de grenzen in maart 2020 waren gesloten door
de Covid-epidemie. Op het hoogtepunt hadden we 20 zeiljachten voor anker
liggen. Het restaurantje in Uligan is eenvoudig maar wel heel leuk ingericht in
de buitenlucht.
|
Elk tafeltje heeft een afdakje ter bescherming tegen de zon en als nodig tegen de regen, als die al wil vallen. |
Er is geen menukaart maar men serveert er nasi, bami, roti met
vlees en patat met gefrituurde kip. Daarnaast heeft men een keur aan
frisdranken, milkshakes, water, koffie en thee. Met enige regelmaat zijn we daar
‘s-middags wezen eten. Het enige probleem was de taal, de beide mannen, die het
restaurantje runnen, spreken haast geen Engels, bestellen gaat dus met handen
en voeten. Een van de eerste keren ging het dan ook volledig fout. De man
noemde allerlei gerechten op, waarvan ik niet wist wat het was. Ik zei steeds
ja doe die maar, waarop de man na verloop van tijd mij steeds vreemder aankeek.
Het resultaat laat zich raden, de tafel werd vol gezet met bijna alle gerechten
die op de menukaart stonden, te veel dus voor ons tweeën. Een deel ging dus
helaas terug naar de keuken. Communiceren is nog niet zo eenvoudig blijkt wel. Alles
stond echter wel op de rekening, waardoor we zo’n € 30,00 kwijt waren. Ik begrijp
in ieder geval waarom de man mij steeds vreemder ging aankijken toen ik eten
bestelde.
|
Toen ik Assad onderweg tegen kwam nodigde hij mij uit voor hapje en een drankje. Op tafel zie je de schotels staan met lokale kleinen gefrituurde hapjes. |
Naast de maaltijden die ik hiervoor al vermelde, had men op de bar
afgesloten schalen staan met allerlei gefrituurde hapjes. Een van de keren dat
ik alleen op het eiland was, heb ik een mix van deze gerechtjes meegenomen naar
de Ikinoo. Door ze even op te warmen in een koekenpan waren ze lekker warm.
Tezamen met een chilisausje vormde ze een heerlijk snack voor bij de borrel om
vijf uur. Langzamerhand kwamen er steeds meer bevriende boten op de ankerplek
liggen. We besloten met een viertal boten, waaronder drie Nederlandse, de
koppen bij elkaar te steken en een groep te vormen waarmee we naar Djibouti willen
varen. Sanne van de Incentive en ik, hadden de weersberichten de laatste dagen
nauwlettend in de gaten gehouden. Zoals het er nu naar uitzag was er een redelijk
weersvoorspelling vanaf maandag 20 februari met lichte wind en mogelijk 2-3
dagen windstilte. Een beter voorspelling zat er daarna voorlopig niet in. Op de
bijeenkomst melde zich op het laatst nog een Australische boot, Libby, die graag met
ons mee wilde. Met vijf boten maakten we dus afspraken over hoe we onderweg als
groep zouden functioneren.
|
We krijgen er nooit genoeg van, zonsondergang op de Maldives. |
De volgende afspraken werden gemaakt, alle boten
blijven binnen marifoonbereik, wat dus praktisch inhoud dat tussen de eerste en
de laatste boot maximaal 10 nm zit. De motor wordt pas gestart als de wind
afneemt en de snelheid onder de 3 kn komt of als de zeilen te veel klapperen in
de wind waardoor deze schade zouden kunnen oplopen. Als er een boot in de
problemen komt met zijn motor blijven we maximaal 3 uur bij elkaar totdat de
motor weer draait. Als dit langer gaat duren, gaat de groep vast verder. De
boot is dan op zichzelf aangewezen en moet dan wachten op voldoende wind om
verder zeilend het traject te vervolgen. Als laatste is afgesproken elke dag om
16:00 uur boordtijd een radio netje te starten, welke wordt geleid door Sanne.
Na afloop doen we nog wat aanvullende boodschappen, nuttigen een maaltijd in
het restaurantje en betalen onze rekening bij Assad. We krijgen van hem de
benodigde papieren en onze afgestempelde paspoorten. Het restant aan lokaal
geld doen we cadeau aan de twee mannen van het restaurant. We zijn klaar voor
vertrek naar Djibouti, een afstand van 1.863 nm.