woensdag 24 januari 2018

Dag 3

De gekozen tactiek om de snelheid uit de boot te halen werkt erg goed. Wel is de boot wat onrustiger op de golven omdat de druk in de zeilen wat is afgenomen. Het is een prachtige zeildag met veel zon en haast geen regen. Aan de zeilstand behoeven we niet meer te doen dan af en toe de yankee wat meer uitrollen of inrollen, dit afhankelijk van de hoeveelheid wind en snelheid. 's-Middags zie ik dat een onderdeel van de windvaan is los gekomen. Nadat Sonja het roer heeft overgenomen haal ik de windvaan uit het water om het onderdeel weer op zijn plaats en vast te zetten. In Tobago toch maar even goed nakijken. Sonja is nog steeds niet helemaal de oude, het ontbreekt haar ook aan eetlust. Voor het avondeten bak ik daarom voor mijzelf maar een uitsmijter.
We gaan voorbij de 60e lengtegraad, een nieuwe tijdzone
Rustig varen we de nacht in. Het is een nacht van vooral veel lezen want met deze zeilvoering is er niet veel te doen. Als ik voor de 2e keer slaap wordt ik rond 01:30 uur LT door Sonja geroepen omdat ze aan stuurboord een lichtje ziet. Op de plotter zie ik dat het de Epoxy is. Heel bijzonder om na meer dan 400 nm zeilen ineens naast elkaar te zeilen op een afstand van misschien 200 meter. We hebben even via de marifoon contact met Ivo. Zij hebben de eerste nacht een squall gehad, waaruit 35 kn wind kwam, terwijl ze nog met vol tuig zeilden. Geen prettige ervaring. Zij zeilen naar Grenada omdat ze een hondje aan boord hebben. In Tobago is het niet toegestaan huisdieren naar de wal te brengen. Na elkaar goede nacht te hebben gewenst keert de rust aan boord terug en duik ik weer mijn bed in. De volgende ochtend om 06:00 LT varen we noordelijk van Tobago als de zon tevoorschijn komt. Rustig varen we de hoek om, waarbij we een redelijke afstand bewaren tot de kust i.v.m. een zeer onrustige zee direct onder de kust. Dit staat op alle zeekaarten duidelijk aangegeven. Zodra we de baai van Charlotteville binnen varen is het ook direct gedaan met de wind en de golven. Op de motor varen we naar de ankerplek. We zien de Zwerver liggen, Diederik staat op het dek te zwaaien en foto's te maken. Niet veel later liggen we voor anker in 20 meter water. De volle 55 meter ketting ligt eruit. Met onze berekening van 20 meter + 2 keer de diepte, is dit dus iets te weinig, we zullen wel zien. Om 11:30 UTC, 07:30 LT liggen we vast, einde van deze korte oversteek. Wel één die snel verliep door de stroom mee van 1,5 kn en de wind van 18-25 kn gemiddeld over de laatste 2 dagen.

Positie : 11°19.537' N 060°33.108' W
Tijd : 11:30 UTC
Dag afstand : 128 Nm
Nog te varen : 0 Nm

maandag 22 januari 2018

Dag 2

De gehele middag zijn we bezig met de overtrekkende buien. Zo hebben we 10 kn wind staan, zo waait het weer 28 kn. We hebben de radar bijgezet om te zien welke buien het actiefste zijn, hier komt meestal ook de meeste wind uit. Dit is niet altijd zo, dus bij elke bui rollen we de yankee een beetje op, om daarna, afhankelijk van de werkelijke wind, de yankee weer uit te rollen. Zo ben je dus wel lekker een middagje bezig. De buien worden afgewisseld met een helder blauwe hemel met veel zon. Sonja is nog steeds niet helemaal lekker, niet echt zeeziek maar wel brak. 's-Avonds maak ik voor mezelf een noedelsoepje klaar omdat Sonja geen trek heeft in een warme maaltijd. Na het eten besluiten we dat we met een gematigde zeilvoering de nacht in gaan, dus grootzeil op het 2e rif en de yankee deels ingerold. Met deze zeilvoering lopen we nog altijd een SOG van 8,0 kn. Onze Ikinoo loopt hierdoor heerlijk rustig over de golven, zonder dat we bij elke bui moeten reven of ontreven. Zo gaan we de nacht in. De nacht verloopt heerlijk rustig. Allebei kunnen we goed slapen zonder dat we er steeds uit moeten om de zeilvoering aan te passen. Onze Ikinoo loopt echter wel als een speer continu boven de 8,0 kn met uitschieters naar 10,0 kn. De wind is daarbij variabel tussen de 20-28 kn, heerlijk zeilweer dus. 's-Nachts stel ik vast dat we een uitdaging hebben, we gaan te snel! Als we zo doorgaan, en dat ziet er wel naar uit, komen we om 05:00 UTC, lokale tijd 01:00 uur, aan in Charlotteville. Wij kiezen er bij voorkeur voor om een onbekende haven niet in de nacht aan te lopen. De snelheid moet dus uit de boot. Als ik wakker ben, bespreek ik de opties met Sonja. Optie 1; doorgaan en 20 nm voor de plaats van aankomst gaan bijliggen (de boot maakt dan bijna geen snelheid meer maar ligt nagenoeg stil op de golven) of optie 2; het 3e rif in het grootzeil plaatsen en de yankee zo goed als wegdraaien. De boot blijft daardoor zeilen en bestuurbaar maar wel met een veel lagere snelheid. Wij kiezen voor optie 2. Als de zeilen in de nieuwe stand staan, is de snelheid teruggelopen naar 5-6 kn. Hierdoor komen we vroeg in de ochtend, bij daglicht, aan op de plaats van bestemming. En voor we het vergeten, we hebben weer een nieuw 24 uurs record met 182 nm.

Positie : 09°54.236' N 059°03.327' W
Tijd : 12:00 UTC
Dag afstand : 182 Nm
Nog te varen : 128 Nm

zondag 21 januari 2018

Dag 1

Op weg naar de brug bij Paramaribo
Het is zo ver, we gaan Suriname verlaten. Na, de avond ervoor, afscheid te hebben genomen van alle mensen die zich hier hebben verzameld, worden we 's-morgens door een groepje zeilers uitgezwaaid. Op naar Tobago, een reis van 485 nm. We zijn om 09:30 LT uit Domburg vertrokken. De vertrektijd wordt ingegeven door het keren van de stroming in de Suriname rivier. Zo hebben we continu stroom mee op weg naar zee. Onderweg werden we opgewacht door een groep vrienden die voor deze gelegenheid een korjaal hebben gehuurd. Eric en Edith hadden hun nichtje Valarie en de chauffeur die ons de gehele week heeft rondgereden mee genomen.
Uitgezwaaid door goede vrienden
Zo was het een mooi, hartelijk en emotioneel afscheid. Zodra we op zee de uiterton hadden bereikt, hebben we de koers aangepast naar 315°, de koers naar de NO-zijde van Tobago. We zeilden heerlijk op samen met de Epoxy die niet veel later zijn vertrokken voor hun reis naar Grenada. De Ikinoo loopt weer geweldig. Dan zien we vlaggetjes, meestal een teken dat zich hier netten bevinden. Snel neem ik het roer over en blijf zo 20 meter van de netten vandaan de netten volgen. Aan het einde neem ik de oude koers weer aan. Het vissersbootje volgt ons daarbij continu om te kijken of we niet door zijn netten varen. We hebben vandaag niet zo veel last van de zeegang, we lunchen dus met brood en het diner bestond uit bami met kip van het restaurant Opa in Domburg. Al snel is de snelheid continu hoger dan 8,0 kn. Dit schiet lekker op. Sonja krijgt het in de loop van de avond toch wat moeilijk met de zeegang. De golven zijn warrig en de wind is variabel van sterkte. Zo gaan we de nacht in. Midden in de nacht is het opeens alle hens aan dek, de wind neemt snel toe en tikt de 30 kn aan. Snel zet ik het 2e rif, waarna alles weer onder controle lijkt. We hebben snelheden gezien van tegen de 10 kn over de grond. Nog geen uur later besluit ik ook de Yankee wat te reven. De nacht verloopt verder onrustig, ik moet menigmaal de koers aanpassen. Tevens kan Sonja niet echt haar draai vinden doordat ik haar een aantal keren wakker heb gemaakt om te helpen, morgen maar weer wat slaap inhalen. Als het licht wordt, kan ook ik eindelijk een paar uurtjes gaan slapen. De onrustige nacht heeft er wel voor gezorgd dat we een nieuw 24 uurs record hebben van 175 nm.

Positie : 07°41.072' N 055°58.948' W
Tijd : 12:00 UTC
Dag afstand : 175 Nm
Nog te varen : 310 Nm

vrijdag 19 januari 2018

Suriname deel 2



’s-Avonds krijgen we een berichtje dat onze vrienden, Eric en Edith, veilig zijn geland op het vliegveld Johan Adolf Pengel International Airport nabij het plaatsje Zanderij, 45 km ten zuiden van Paramaribo. De periode tot aan ons vertrek naar Tobago gaan we grotendeels gezamenlijk met hen doorbrengen, heerlijk om na zo’n lange tijd eindelijk weer eens een paar goede vrienden over te hebben. De volgende dag staan ze aan de wal in Domburg. Vandaag doen we rustig aan vanwege de reis die ze achter de rug hebben en brengen onze tijd aan boord van de Ikinoo door met het uitwisselen van verhalen en belevenissen. Het wel en wee van onze vriendengroep van het “Steigertje UV” wordt hierbij natuurlijk uitgebreid besproken en becommentarieerd. Aan het einde van de dag keren we terug naar de wal waar we in het restaurant van het resort nog wat eten en drinken voordat zij terugkeren naar hun hotel in Paramaribo.
De ingang van Fort Zeelandia
Voor de volgende dag hebben we afgesproken bij hun hotel om gezamenlijk Paramaribo te bezoeken. We hebben een wensenlijstje van winkels waar we naartoe willen. De volgende dag stappen we in Domburg in het busje van het openbaarvervoer dat ons naar Paramaribo brengt. Voor een enkele reis betaal je 1,60 SRD per persoon, omgerekend ongeveer 0,20 per persoon, en dat voor een reis van 45 minuten, volgens ons kun je daarvoor dit busje niet rijden. Na gezamenlijk koffie te hebben gedronken, gaan we ons lijstje van winkels af. De boekhandel heeft geen gidsen van het Caribische gebied, terwijl dat op internet wel staat vermeld. Bij de winkel voor buitenboordmotoren van Yamaha treffen we het helemaal, we maken nu eens echt mee hoe de Surinaamse mentaliteit werkt. Men heeft voor ons een 4PK motor op voorraad met een prijs van 10.800 SRD. Daarnaast hangt een motor van 15PK waarop men 10% korting geeft.
Het standbeeld van koningin Juliana
achter het fort Zeelandia
Zoals het een echte Hollander betaamd, vraag ik of dat er van onze motor nog wat van de prijs af kan. We krijgen als antwoord “nee, geen korting mogelijk”. Als we vragen of dat hij dan de motor in ieder geval voor ons naar Domburg kan brengen, krijgen we als antwoord, “nee, we zijn geen vervoersdienst”. Op de vraag of dat ik dan in ieder geval kan pinnen, ik wil niet met zo veel geld over straat lopen, is het antwoord, “als u wilt pinnen wordt de prijs met 5% verhoogd”. Dit was voor ons de limiet. Dan maar geen nieuwe motor. Blijkbaar zijn ze geheel niet geïnteresseerd in het verkopen van een buitenboordmotor! Nadat we ons lijstje hebben afgewerkt lopen we naar fort Zeelandia, waar we gezamenlijk aan de waterkant een late lunch gebruiken.
’s-Middags wandelen we langs de Suriname rivier, pikken nog een terrasje en eindigen de avond in een leuk restaurantje. Hier heeft Eric met een achternichtje afgesproken die hij meer dan 25 jaar niet heeft gezien. Het weerzien met de 31 jarige Valerie is hartverwarmend, alsof ze elkaar vorige week nog gezien hebben.
Gezellig met z'n allen aan tafel na het eerste weerzien
Het voorgerecht van Sonja, de rest had pindasoep
Zo brengen we avond door met heerlijk eten en prachtige verhalen uit het verleden. De volgende dag gaan we gezamenlijk naar Frederiksoord. Onze taxichauffeur Vidjai Narin, rijdt ons de gehele dag rond. Vanaf de eerste dag dat hij Eric en Edith naar Domburg heeft gebracht, bellen we hem om ons van A naar B te brengen. Dit zal hij de gehele week ook blijven doen. Nadat hij ons aan de waterkant van de snelstromende Commewijnerivier heeft afgezet, steken we met de korjaal over naar Frederiksoord. Hier krijgen we een rondleiding met een gids. Ikzelf heb dit al eerder gedaan, het is daarom voor mij des te interessanter omdat we nu een andere gids hebben die dezelfde geschiedenis op een andere manier verteld met ook andere details.
In de korjaal onderweg naar Frderiksoord
Ontzettend leuk om te doen. Voor de lunch met Roti, gaan we op de fiets naar mevrouw Dipai, Valerie heeft dat voor ons geregeld en gereserveerd. We worden zeer hartelijk bij mevrouw Dipai thuis ontvangen. Mevrouw Dipai is een dame die iedereen in Suriname kent. Zodra we wat vragen over de televisie opnames van het programma “Erica op reis”, begint ze honderduit te vertellen over Erica en het koken met Erica, de TV-opnames, haar gezin. Wat een geweldige vrouw. Na afloop moeten we daarom wel even gezamenlijk op de foto.
Mevrouw Dipai in het midden
De Roti die ze ons voorschotelt is werkelijk geweldig, ik heb al veel vaker Roti gegeten, maar nog nooit zo goed als deze. Na de lunch en het afscheid van mevrouw Dipai, keren we op de fiets terug naar Frederiksoord en nemen de korjaal terug over de Commewijnerivier. Onze chauffeur arriveert 5 minuten nadat we aan wal zijn gekomen. Nadat wij onze vrienden hebben afgezet brengt hij ons naar Domburg. Na nog wat te hebben gegeten, keren we moe maar voldaan naar de Ikinoo terug. De dag daarna zijn wij druk bezig met het klussen aan de boot, er moeten nog een aantal zaken gedaan worden voordat we weg kunnen. De beide blokken van de Genuarail worden vervangen, de windvaan wordt weer in elkaar gezet met de onderdelen die we hier hebben laten lassen en de was wordt gedaan. Zo zijn we de gehele dag druk, druk, druk.
De Stuwdam van het Brokopondo stuwmeer
De volgende dag worden we door onze vrienden opgehaald in de taxi van Vidjai, Vandaag gaan we een wat grotere tocht maken. Als eerste staat de afsluitdam van het Brokopondo stuwmeer op het programma.
De Suriname rivier met in de verte een goudzoeker
Het is een lange weg hier naartoe. Je zou verwachten dat dit een toeristische attractie zou zijn, niets is minder waar. Er is hier een dam, er staan wat huisjes en er liggen wat boten van hoofdzakelijk goudzoekers. Hier ben je dus snel uitgekeken, op naar het volgende bezienswaardige punt, Ston eiland. Hier ligt een klein resort waar het volgens Valerie goed toeven is. Er is een restaurant en je kunt er zwemmen in het Brokopondo meer. De weg er naar toe is goed te doen, alleen het laatste deel is onverhard en kan eigenlijk niet normaal met een personenauto worden gereden. Onze chauffeur doet het echter wel. Helaas is ook hier de mentaliteit ver te zoeken, we worden hier door vijf Surinamers ontvangen, waarvan er één de vraag stelt “wat doet u hier?” U behoort zich te melden bij het toegangshek.
Het Brokopondo stuwmeer bij Ston eiland
Aangezien hier niemand zat om de slagboom te bedienen, zijn we de geopende slagboom voorbij gereden. Op onze vraag of dat we hier wat konden eten en drinken werd ontkennend geantwoord. Hier zitten dus vijf Surinamers met elkaar te kletsen, in een prachtige omgeving met een resort en een strandje, waar echter de toerist niet welkom is. Jammer, weer een kans gemist. Op naar Berg en Dal. Dit is een resort dat geheel gerestaureerd is de laatste jaren en dat het veel beter doet dan Ston eiland. Bij binnenkomst is dit ook direct duidelijk te zien. Er zijn hier diverse gasten die hier hoofdzakelijk komen voor hun rust, voor het maken van wandelingen en om te zwemmen in het aanwezige zwembad. Wij gebruikten hier de lunch, die van prima kwaliteit is. Daarna werden we terug gereden naar Domburg. Na te zijn afgezet reden onze vrienden verder naar Paramaribo.
Eric met onze gids
De volgende dag worden we door een busje met 4-weeldrive en chauffeur opgehaald. Als we instappen zitten onze vrienden met hun nichtje en een lokale gids met zijn vrouw reeds in het busje. Na wat eten en drinken te hebben gehaald voor onderweg gaan we op stap voor een bezoek aan Brownsberg. Hier staat een resort, maar wat veel interessanter is, vanaf hier kun je naar verschillende watervallen lopen. Zodra we de asfaltweg hebben verlaten, zijn we echt blij met het 4-weeldrive aangedreven busje. De weg is zeer slecht onderhouden en het heeft de laatste dagen veel en hard geregend. Met moeite komen we vooruit. Een keer zitten we zelfs vast en komen niet verder vooruit. Door het busje langzaam weer naar beneden te laten zakken en daarna met hoge snelheid het zelfde stuk weer omhoog te rijden, komen we uiteindelijk boven. Aan het einde van de weg vinden we het resort waarvandaan je een prachtig uitzicht hebt over het Brokopondo stuwmeer.
Het pad naar de irene waterval
We besluiten eerst te lunchen zodat dit nog enigszins warm is. Daarna wandelen we door de bossen naar een de Prinses Irene waterval. Een prachtige wandeling over een stijl pad. Bij terugkomst stonden we net onder een afdakje toen de regen weer met bakken uit de hemel kwam. Gelukkig bleven wij dit keer droog.

De Irene waterval
De tocht naar beneden verliep bijna even spectaculair als de tocht naar boven. Zo werden wij aan het einde van de dag weer afgezet bij ons resort in Domburg. Hier wachtte ons een verrassing, er was namelijk een spontaan barbecue georganiseerd. Van de laatste barbecue was nog zo veel vlees over, dat gezamenlijk met de vis die diverse boten onderweg naar Suriname hadden gevangen, er meer dan voldoende eten was. We konden dus zo aanschuiven. Je kunt het slechter treffen. De volgende dag stond voor ons in het teken van boodschappen doen voor de overtocht naar Tabago en van het kopen van nieuwe accu’s.
Mast inspectie
We hebben besloten dat toch maar hier te doen aangezien de accu’s nu wel heel slecht worden. We willen er onderweg geen problemen mee krijgen. Aan het einde van de dag staan er 6 nieuwe accu’s op de boot en hebben we weer boodschappen voor de komende weken. Alles krijgt een plaatsje, waarbij Sonja haar voorraden boekje bijwerkt zodat op papier staat wat er allemaal aan voorraden in de vakken ligt. De dag daarna zijn onze vrienden aan boord van de Ikinoo. Eric helpt mij met het plaatsen van de laatste accu’s en het oplossen van het probleem hoe alles weer aan te sluiten. De oude accu’s hadden namelijk twee aansluitpunten per pool, terwijl de nieuwe er maar één heeft. Maar ook hiervoor vonden we een oplossing, Zo waren we dus twee uur later klaar en stonden de oude accu’s buiten onder een zeiltje. Wat volgde was nog een mastinspectie waarbij ik zelf de mast inging en Eric mij zekerde met de grootzeilval. Alles zag er prima uit, al het stof van de periode op de Canarisch en Kaapverdische eilanden was weggespoeld.
Gezellig lunchen
De rest van de dag hebben we het ons gezellig gemaakt met aan het einden van de dag een heerlijk diner. Tijd om afscheid te nemen van onze vrienden. Dat is en blijft een dingetje voor vertrekkers zoals wij. Steeds ontmoet je weer nieuwe leuke mensen maar moet je ook weer afscheid nemen. De laatste dag in Domburg gebruiken we om de boot verder geheel klaar te maken voor de reis naar Tobago. De oude accu’s naar de kant gebracht, we hadden iemand gevonden die ze heel graag wilde hebben, de watertank en de dieseltank weer vol getankt en alles opgeborgen wat we onderweg niet gebruiken. Op naar Tobago.
Is het geen lief koppel?

zaterdag 13 januari 2018

Reis door de binnenlanden van Suriname


We zochten met 4 koppels naar een unieke reis, één die voldeed aan al onze wensen. Samen met Anneke, onze agent voor deze trip, hebben we gezamenlijk een reis samengesteld die aan al onze wensen voldeed en die ons tot op de grens van het bewoonde deel van Suriname zou brengen. Het blijkt een onvergetelijke ervaring te worden. Vliegen naar Cayana en aansluitend per korjaal de Gran Rio af naar de Boven Suriname rivier, om tenslotte te eindigen in Atjoni. Dus eten, slapen en drinken bij en onder de Marons, afstammelingen van de in het verre verleden gevluchte slaven.
Tijd om in te stappen voor de vlucht naar Cayana
De eerste dag worden we, ’s-morgens vroeg, opgehaald door een busje die ons naar het vliegveld Zorg & Hoop brengt. Het is zo’n busje met chauffeur die hier het lokale vervoer verzorgen. Ze rijden hier met Isuzu’s uit 1984, die zorgvuldig worden onderhouden door de eigenaren. We worden op het vliegveld Zorg & Hoop in Paramaribo afgezet. Hierna begint het inchecken bij Blue Wing Airlines, een hele bijzondere ervaring. Allereerst moet je, inclusief bepakking, op een weegschaal gaan staan, je mag in totaal namelijk niet meer dan 100 kg wegen. Daarna controleert men je paspoort en wordt je op de lijst geplaatst van de passagiers die meevlieg. Hoezo een vliegticket?
Uitzicht over Suriname
Omdat we redelijk vroeg aanwezig waren, moeten we daarna nog enige tijd wachten. We vliegen met een Cessna 208B Grand Caravan, een vliegtuigje geschikt voor 12 personen met bagage. Nadat onze bepakking in het vliegtuigje is geladen, stappen we met 10 man in, naast onze groep van 8 pasagiers en een klein hondtje genaamt Sjef, zijn er nog 2 extra passagiers. Het opstijgen alleen al is spectaculair, heel anders dan met de grote vliegtuigen die wij gewend zijn. Het vliegtuigje maakt veel lawaai en we hobbelen steeds harder over de startbaan. Binnen de kortste keren zitten we in de lucht. Eenmaal in de lucht begint het grote genieten van de mooie uitzichten, je vliegt namelijk redelijk laag over het landschap.
Aankomst in Cayana
De reis verloopt wel een beetje “hobbelig” door de luchtturbulentie. Na 50 minuten vliegen landen we in Cayana, een klein vliegveldje bestaande uit een strook gras midden in het oerwoud. We worden hartelijk ontvangen door de lokale verantwoordelijke voor het vliegveldje. Ter plaatse staat één van onze twee gidsen voor de komende drie dagen ons op te wachten. Nadat we kennis hebben gemaakt, stappen we met al onze bagage in de korjaal die klaar ligt. Deze brengt ons naar de overkant van de Gran Rio rivier, waar het resort Kosindo is gebouwd. Daar aangekomen stappen we uit en klimmen via een houten trap naar boven de boevenzijde van de rivier.
Instappen voor de overtocht naar Kosindo
We krijgen vier kleine huisjes toegewezen die we onderling verdelen. De huisjes zijn eenvoudig, er is een toilet met douche, twee eenpersoonsbedden met klamboe en voor het huisje staan twee stoelen. Er is zelfs elektriciteit voor de verlichting. Dat je aan het ongedierte moet wennen is duidelijk, bij het openen van de deur van ons huisje zat er een spin op de grond zo groot als het schoteltje van een koffiekopje. Met een stok en bezem werd deze verjaagd. Aansluitend wordt ons een eenvoudige lunch aangeboden, bestaande uit een warme maaltijd met rijst, kip, groente en fruit. Voor het drinken is er de keuze uit water of limonade. Eenvoudig maar wel goed. Na de lunch bespreken we met onze gids wat de plannen zijn voor de komende dagen, dit kunnen we namelijk zelf bepalen en wordt dan ook hier afgerekend. De plannen zien er, na enig onderling overleg, als volgt uit.
  • Deze middag maken we nog een dorpen wandeling, waarbij we met een korjaal eerst een stuk de rivier afzakken, waarna we lopend weer terugkeren naar ons dorp.
  • 's-Avonds, na het avondeten, gaan we kaaimannen spotten met de korjaal, een boottocht stroomafwaarts van enkele uren in het donker.
  • De volgende dag maken we ’s-morgens een boswandeling van 2 uur op de andere oever van de Gran Rio.
  • ’s-Middags brengen we per korjaal een bezoek aan de Peti Sula stroomversnelling, alwaar we kunnen zwemmen en via een natuurlijke glijbaan naar benden kunnen glijden.
  • De derde dag gaan we per korjaal via de Tapawatra stroomversnelling naar Botopasi, waar we zullen overnachten in het resort wat hier staat.
  • De 4e dag staat in het teken van het bezoek aan het Maron museum in Pikinslee en de terugtocht via Atjoni naar Domburg

De kleine is duidelijk geschrokken, ze heeft nog nooit een hondje gezien
Na de lunch stappen we dus weer in onze korjaal, die ons stroomafwaarts naar een ander dorp brengt. Eenmaal aan land vertelt onze gids dat we enigszins rekening moeten houden met de privacy van de bewoners en dat we alleen foto’s van hen mogen maken nadat ze hiervoor toestemming hebben gegeven. Hij vertelt ons al lopend over hoe de Marons hier terecht zijn gekomen en hoe zich hun cultuur heeft ontwikkeld. De Marons zijn van oorsprong slaven die niet op de plantages wilde werken en die daarom de bossen in zijn gevlucht. De slaven waren door de Nederlanders uit Afrika gehaald en hier verkocht aan de plantage eigenaren. Nadat ze waren gevlucht trokken ze ver de bossen in.
De offerplaats centraal in het dorp
Men heeft nog wel, met behulp van het leger, geprobeerd de slaven terug te halen naar de plantages, maar dat is grotendeels mislukt omdat de militairen geen ervaring hadden met het leven in de oerwouden en de Marons, met hun roots in Afrika, hierin thuis waren. Zo hebben de Marons in de loop van de eeuwen een afgelegen en eenvoudig bestaan opgebouwd in de oerwouden van Suriname. De Marons langs de Gran en Pikin Rio zijn van de Saramacca stam, een trots volk dat zijn cultuur zo goed mogelijk bewaard en aan de volgende generatie probeert door te geven. Centraal in elk dorp is een offerplaats aanwezig. Men gelooft hier namelijk nog sterk geesten en men doet er alles aan om deze goed gezind te zijn met offers. Men leeft hier nog volgens de meest elementaire regels, als eerste is voedsel en water het belangrijkste, daarna een goede gezondheid en als derde komt pas de behoefte aan kleding.
De keuken waarbij er gekookt wordt buiten het woonverblijf

Zodoende zie je veel kinderen nog in hun blootje spelen bij de waterkant. Het leven speelt zich ook grotendeels af bij de waterkant. Elk dorp heeft een brede trap die naar de rivier lijdt. Hier komen alle mensen om zich te wassen, hun tanden te poetsen, de was te doen, de afwas te doen en hun eten schoon te spoelen. De rivier is dus voor hen de keuken en de badkamer in één. Van ’s-morgens vroeg tot ’s-avonds laat is het hier een gezellige drukke bedoening. Wat ook opvalt is dat de mannen niet in het zelfde huis wonen als de vrouwen. Als een man met een vrouw wil trouwen moet hij ervoor zorgen dat ze een huisje krijgt waarin ze kan koken en slapen, daarnaast moet hij zorgdragen voor een “kostgrondje”. Dit is een stuk grond in het oerwoud, op enige afstand van het dorp, wat hij vrij moet maken van bomen en begroeiing zodat zij daar voedsel kan verbouwen om in hun levensonderhoud te kunnen voorzien.
Een korjaal in aanbouw, deze is bijna klaar
Deze kostgrondjes zijn bewust niet in of naast het dorp aanwezig, omdat in het verre verleden de militairen de dorpen langs de rivier met de daarbij aanwezige kostgrondjes vernielde en plat brandde. Om te voorkomen dat men zonder eten kwam te zitten werden de kostgrondjes daarna verder van het dorp af aangelegd, soms wel een dag lopen vanaf hun huisje. De man had dus een eigen huis en bezocht zijn vrouw en de kinderen in haar huisje, de kinderen groeien dus op bij hun moeder. Toen Sonja dit hoorde, wilde ze dit ook graag, helaas te laat, we wonen nu gezamenlijk op de Ikinoo. Zo is het in deze cultuur dus ook mogelijk dat de man meerder vrouwen heeft.
De "dorpsstraat" met aan weerszijde woonhuisjes
Zijn eerste vrouw kan hierom vragen of hij kan hiermee komen. De tweede vrouw moet echter wel de goedkeuring hebben van de eerste vrouw. Ook voor de tweede vrouw moet hij een huisje bouwen en een stuk oerwoud kaal maken voor  het kostgrondje. Zo kan het dus gebeuren dat Frans (zijn Nederlandse naam) de eigenaar van het Kosindo resort 2 vrouwen heeft met 20 kinderen, waarbij gezegd moet worden dat de 20 kinderen niet allemaal van deze 2 vrouwen zijn. Er zijn dus ook nog kinderen bij vrouwen waarmee hij niet officieel is getrouwd. Zo lang hij hen maar kan onderhouden in de eerste levensbehoeften vindt iedereen dat best. De man moet hierbij wel rekening houden met beide vrouwen, als hij de één wat cadeau geeft moet hij ook de ander wat cadeau geven, ze hebben namelijk geregeld onderling contact zodat hij er niet één kan voortrekken. Zo verblijft hij dus een aantal dagen bij de één en daarna weer bij de ander. De dorpenwandeling heeft ons veel geleerd over de Maron cultuur. Eenmaal terug op ons resort hadden we wat tijd om te rusten en een bietje te drinken. Men heeft hier namelijk een gemeenschappelijke ruimte waar je frisdrank en bier kunt kopen. Je zet je naam op een lijst en noteert hierachter wat je verbruikt. Zo zaten we dus gezamenlijk met een biertje of colaatje in de schaduw onze eerste dag te bespreken. Na enige tijd werden we geroepen voor het avondeten. Dit was een eenvoudige soep die je eventueel meer kon vullen door deze aan te vullen met witte rijst. Als nagerecht was er opnieuw fruit. Je merkt dus direct de middagmaaltijd bij de Marons van meer belang is dan de avondmaaltijd. Na het avondeten bleven we nog enige tijd zitten om te wachten op de duisternis. Deze komt hier redelijk vroeg en snel. Zodra het echt donker was, stapte we opnieuw in de korjaal. Nadat we stroomafwaarts de diverse dorpjes waren gepasseerd en we in een rustige omgeving waren gekomen, werd de motor stationair gezet en begon het afspeuren van de waterkant op zoek naar kaaimannen. Door met een schijnwerper de kant af te zoeken, zie je hun ogen in het donker oplichten. We hebben er uiteindelijk 3 gevonden, een geweldige ervaring om deze schuwe dieren zien rond te kruipen en te zwemmen. De avond had echter voor ons nog wat in petto. Zodra wij omkeerde om terug te gaan naar het resort begon het te regenen.
Wandelen door de bossen
Niet zo maar een buitje maar een heuse echte tropische bui waarbij je geen droge draad meer aan je lichaam hebt. Dat krijg je ervan als je je regencape in het huisje laat liggen. Gelukkig was het niet koud zodat je na verloop van tijd wel de lol ervan inziet. Aangekomen op het resort dus eerst maar snel omgekleed. Daarna nog met z’n allen wat wezen drinken en toen naar bed.
De vegetatie is schitterend
Slapen doe je hier onder je klamboe, geen overbodige luxe blijkt wel. De meeste zijn al een aantal keren gestoken omdat de mugjes zich ook onder de tafels ophouden. Het is dus zaak ’s-avonds een lange broek aan te trekken en de zichtbare huid in te smeren met middelen die je tegen de muggen beschermt. De volgende dag, na het ontbijt, zijn we met de korjaal overgestoken naar de andere zijde van de Gran Rio. Daar werden we door onze gids over een smal pad meegenomen door het oerwoud. Onderweg vertelde hij van alles over de beplanting en de dieren. De vegetatie is hier weelderig en veelzijdig. Je hoort apen maar helaas hebben we ze niet gezien. 

Wel zagen we een slang in een boom zitten die rustig naar beneden gleed. Na 2,5 uur waren we terug bij de korjaal en voeren we terug naar het resort voor de lunch.
Genieten van de tocht per korjaal
Na de lunch stapten we weer in de korjaal om, met twee gidsen, de rivier op te varen naar de Peti Sula stroomversnelling. Onderweg hier naar toe passeerde we nog drie Maron dorpjes waarna er geen dorpjes meer zijn. Wat rest is de Gran Rio rivier met diverse stroomversnellingen tot in Brazilië. Onderweg is de natuur adembenemend, er heerst een haast serene rust met alleen oerwoud geluiden van dieren. Aangekomen bij de stroomversnelling konden we heerlijk zwemmen in een wat rustiger deel van de rivier.
Glijden over de begroeide rotsen
Eén van de gidsen liet ons een natuurlijke glijbaan zien. Dit is een glijbaan over rotsen die echter zijn begroeid met een stug soort waterplant. Als eerste ging hij zelf naar beneden om te controleren of dat het wel veilig en probleemloos kon. Nadat hij terug naar boven was gekomen, hielp hij ons één voor één op de glijbaan. Het ging niet echt hard maar het was heel spectaculair. Bij het vertrek uit Kosindo had men 10 stuks  kokosnoten meegenomen.
Samen aan de kokosnoot
De kokosnoten werden door onze gids met een groot kapmes geopend, waarna deze met een rietje door ons allen werden leeggedronken en leeggegeten, heerlijk fris. Het rietje is overigens een soort gras wat geheel hol en hard is, hier snijden ze een stuk vanaf. Na terugkeer in het resort werd het tijd voor een borreltje voordat we aan het avondeten begonnen. Ook nu weer een soepje met eventueel extra rijst en natuurlijk fruit toe. Elke avond hebben we trouwens een glaasje wijn bij het eten, wijn die we zelf hebben meegenomen. Na het avondeten en de nodige gesprekken, worden we uitgenodigd om naar de gemeenschappelijke ruimte te komen. Als we zitten en wat te drinken hebben gepakt komen de dames binnen.
Lokale traditionele dansen met zang en geklap
We worden getrakteerd op een aantal lokale dansen, waarbij men geen instrumenten bespeelt maar alleen met de handen ritmisch klapt en zingt. Het is werkelijk heel mooi, ook al verstaan we de teksten niet. De laatste paar nummers vragen ze ons om op de dansvloer te komen. Als één van ons op de dansvloer is gevraagd en nadat hij heeft gedanst aansluitend één van de Maron dames vraagt op de dansvloer te komen, geeft dit aanleiding tot veel gelach en plezier bij de lokale dames. Blijkbaar zijn ook hier de mannen niet echte dans liefhebbers.
De stokken gaan heen en weer en van boven naar beneden
Zo verloopt de avond vol plezier en gelach. Voor de verandering mogen we, nadat we toestemming hebben gevraagd, foto’s van hen nemen. Een van de hoogtepunten was trouwens een stokkendans, waarbij een van de aanwezige meisjes op de stokken bleef staan terwijl deze in een bepaald ritme werden bewogen, heel kunstig om te zien. De volgende ochtend, na een uitgebreid ontbijt, werd het tijd om onze rekeningen te betalen en in de korjaal te stappen voor onze reis naar Botopasi. Bij het instappen zien we dat er tevens een aantal lege gastanks zijn ingeladen.
Ontbijt voordat we vertrekken
Onderweg pikken we nog een derde gids op en tevens nog een aantal lege gastanks. Blijkbaar worden alle gastanks van de omliggende dorpen door ons naar een punt gebracht waar ze gevuld kunnen worden. De korjaal ligt diep in het water, waarbij er soms wat water over de zijkant komt als we door een golf, veroorzaakt door een tegemoet komende korjaal, heenvaren. We zien diverse dorpen maar vooral veel oerwoud en enige stroomversnellingen. Deze worden behendig door onze gidsen genomen, waarbij menigmaal de buitenboordmotor uit het water wordt gehaald om te voorkomen dat hij de rotsen raakt. Best spannend. Na een aantal uren komen we bij de Tapawatra stroomversnelling. Deze kan niet genomen worden met de korjaal.
Alle bagage wordt tot voorbij de stroomversnelling gedragen
Voor ons betekend dit dat we te voet de stroomversnelling moeten passeren, begeleid door een gids die ons laat zien waar te lopen en die menigmaal iemand een helpende hand toesteekt om moeilijke passages te overbruggen zonder onderuit te gaan. Als wij op het punt zijn aangekomen waar wij in een andere korjaal zullen stappen, gaan de gidsen weer terug naar boven. Alle bagage, inclusief de gastanks wordt door hen over de stroomversnelling heen gedragen. Nadat alles weer is ingeladen vertrekken we voor de volgende etappe.
Wij staan te wachten totdat onze korjaal weer is ingepakt
Niet lang nadat we weer zijn vertrokken komen de Gran Rio en de Pikin Rio bij elkaar en vormen vanaf daar de Boven Suriname rivier. Onderweg komen we de Dankriki stroomversnelling tegen waar we met de korjaal overheen gaan. Aan de onderzijde is een grote nederzetting waar de gastanks worden afgeleverd. Hier is zelfs een chinees winkeltje aanwezig waar de lokale bevolking zaken kan kopen die men zelf niet kan verbouwen, zoals blikjes fris, bier, chips, sterke drank, sigaretten en alle andere soorten van luxe levensmiddelen. Ook gereedschappen e.d. zijn hier verkrijgbaar, en dat midden in het oerwoud ver van de beschaving. Veel mannen met gezinnen kopen hier de cadeautjes voor hun vrouwen. In eerste instantie zouden we hier gaan zwemmen en lunchen, echter geen van ons heeft echt behoefte aan een zwempartij, dus besluiten we verder te varen.
Botopasi vanaf de rivier
Onderweg stoppen we op een schaduwrijke plaats om te lunchen. Opnieuw warme soep met rijst en fruit. We blijven niet te lang omdat we nog een eind te varen hebben. Al varende passeren we een aantal stroomversnellingen om uit eindelijk aan te komen in Botopasi. Hier is een resort welke gerund wordt een Nederlander genaamd Bas.
Bas met zijn lokale gids
Hij heet ons van harte welkom en verteld ons, onder het genot van een koud glas water, waar we zijn, wat er te doen is en hoe laat we aan tafel kunnen voor het avondeten. Tevens bespreken we de activiteiten van de volgende dag. Je kunt merken dat je al dichter bij de beschaving komt, we kunnen zowel bier als witte of rode wijn pakken. Ook hier werkt het weer zo dat je je naam opschrijft en er achter noteert wat je verbruikt. Voor het avondeten maken we gezamenlijk nog een boswandeling van een uur. Aan het begin zien we 2 aapjes, helaas waren dat ook direct de laatste die we zagen. Het pad wordt regelmatig met een kapmes begaanbaar gemaakt, aangezien hier alles als kool groeit. Na het avondeten blijven we nog een tijdje zitten kletsen, waarna een ieder op tijd naar bed gaat, toch wel vermoeiend zo’n hele dag varen in een korjaal. De volgende dag worden we, na het ontbijt, met een korjaal naar het dorpje Pikinslee gebracht.


Een woning geheel van bladeren uit de begin 20e eeuw
Hier woont een groep kunstenaars die houtsnijwerken maken voor de verkoop. s. Onze gids neemt ons hierna mee door het dorp naar een museum. We bezoek op weg naar het museum even kort een van de ateliers van de houtsnij kunstenaars. Het museum toont de geschiedenis van de Marons en de manier waarop men hier woont en werkt om aan eten te komen. Vooral de huisjes werden zeer creatief versiert met houtsnijwerk. Ook nu nog voorzien de Marons in hun eigen eerste levensbehoeftes.
De keuken en het keukengerei binnen in dit hutje
Na de excursie worden we terug gevaren naar Botopasi waar de lunch op ons wacht. Zodra we deze hebben genuttigd, stappen we in de korjaal voor de laatste etappe naar Atjoni. Dit is het laatste dorpje wat nog met de auto bereikbaar is. Ook nu zien we onderweg spectaculaire stroomversnellingen waarbij onze gids met zeer veel zelfvertrouwen zijn korjaal tussen de rotsen door stuurt. Atjoni geeft ons een cultuurschok. Hier start de “beschaving”. Niets is minder waar, het zit er vol houthakkers, goudzoekers en alle andere soort avonturiers. Veel mensen hangen er maar wat rond. In tegenstelling tot de dorpjes langs de rivier is hier de kant van de rivier sterk vervuild met plastic en alles wat men niet meer nodig heeft.
Ons vervoer voor de laatste etappe naar Domburg
Niemand die iets opruimt. Je vindt er van alles wat je nodig zou kunnen hebben voor een langer verblijf in het oerwoud. Na een kleine rustpauze, om wat te drinken, stappen we in het busje voor onze laatste etappe van 2,5 uur rijden naar onze boten in Domburg. Dit was een geweldige ervaring, waarbij we Anneke heel dankbaar zijn voor haar advies bij deze reis. Voor andere vertrekkers en bezoekers aan Suriname zie www.anneketrips.com tevens per email te benaderen via anneketrips@live.com.



Zo maar wat dieren die je overal tegenkomt, zo ook piranha's, zoals deze die door Wijnand is gevangen

woensdag 10 januari 2018

Suriname deel 1

Zo, de eerste nacht aan onze mooring in Suriname hebben we heerlijk geslapen, geen golfen, geen gepiep en gekraak, dat is ook wel weer eens fijn. ’s-Morgens gaan we ons eerst even aanmelden bij Netty en Jelle, de beheerders van Domburg Yachting. We kunnen van alles aan hun vragen, zoals waar je het beste een auto kunt huren en wat er zoal te doen is in Suriname.
Bezoek op onze mooring
We huren voor de volgende dag een auto want je moet je eerst gaan inklaren in Paramaribo.  Wij hebben er voor gekozen een auto met chauffeur te nemen omdat je op drie verschillende plaatsen moet inklaren en bij een bank moet gaan betalen. Onze chauffeur maakt dit ritje niet voor de eerste keer en weet dus precies waar wij moeten zijn en helpt ons tevens met het inklaren. De volgende dag staat hij om half negen al klaar, hij heeft een grote bus bij zich omdat er even geen andere auto beschikbaar was. Wij vinden het prima zo. We hoeven in ieder geval niet zelf te rijden, wat toch ook zo zijn voordelen heeft. Je ziet zo onderweg veel meer van de omgeving. Daarbij komt dat ze in Suriname links rijden, iets wat wij niet echt gewend zijn. Ook de staat van de weg is belabberd, door gebrek aan geld wordt er haast geen onderhoud gepleegd met als gevolg dat de weg vol zit met kuilen en hobbels. En dan die drukte in Paramaribo, hoe zal ik dat beschrijven. Paramaribo zit vol met auto’s, vrachtauto’s, busjes en brommers. Er wordt chaotisch gereden en de stad zelf heeft veel eenrichtingsverkeer. Wat ook jammer is, is de slechte onderhoudsstaat van de gebouwen, een pot verf zou hier wonderen doen. Overal zie je leeg staande, soms op instorten staande gebouwen met daarnaast soms zeer luxe en nieuwe bebouwing. Jammer dat ze hier niks aan doen, er gaan zo veel historische huizen verloren, maar ja, zij hebben geen geld om dat de doen. Diep triest, zonde van het mooie Suriname. Zo lang die Bouterse aan de macht is, zal het niet beter worden.
De ingang van fort Amsterdam
Maar na alle drie de instanties te hebben doorlopen, gaan wij nog even boodschappen doen en dan weer terug naar Domburg. En dit alles voor maar achttien euro, zeg nou zelf, wij kun wel een auto voor huren maar niet met een chauffeur, blij dat wij dat zo geregeld hebben. Terug in Domburg gaan wij het resort is beter bekijken. Het ziet er leuk uit, ze hebben zelfs een zwembad, wel niet zo groot maar toch lekker om even af te koelen, er zijn toiletten, douches en zelfs wasmachine  Het ziet er allemaal leuk uit. Er zitten rond vijf uur in het restaurant allemaal booties, gezellig even met z’n allen bijkletsen over de overtocht of de opgedane indrukken. Wij besluiten gelijk maar hier een hapje te blijven eten. Ze hebben hier frietjes, croquetten, frikadellen, bitterballen, wat een genot zeg.
Het plein van fort Amsterdam
Wij genieten ervan. Moe en voldaan gaan wij naar de Ikinoo toe, nog een wijntje en dan lekker slapen. De eerste dagen krijg je zoveel indrukken en dat is best wel vermoeiend. De volgende dag gaan wij met Diederik en Nicolle van de Zwerver op pad naar Paramaribo. Zij moeten boodschappen doen en wij willen graag een telefoonkaartje kopen zodat we weer kunnen internetten. We gaan bij fort Amsterdam heerlijk koffie drinken, echt gezellig. We krijgen nog een stortbui over ons heen, maar gelukkig van korte duur. Aan het einde van de dag hebben wij boodschappen gedaan want we hebben nu toch de auto, dus even goed inslaan zodat wij voorlopig weer vooruit kunnen. Aangekomen bij het resort, gaan wij met z’n alle nog wat eten en drinken, zodat we niet meer behoeven te koken. Uit eten gaan is hier niet duur, dus zelf koken doe je niet zo gauw meer. Je bent duurder uit als je alles zelf moet kopen, en daarbij kan je in de winkels niet alles krijgen. De volgende dag komen er weer mensen aan die wij kennen. Het is altijd weer leuk om te horen hoe de oversteek is gegaan. Bij iedereen is het net even ietsje anders gegaan, grappig om te horen. Op dit moment is het in Suriname het kleine regenseizoen, nou laat het kleine er maar af. Af en toe denk je wel eens, houd het nooit meer op, we weten nu wel weer wat regen is ha, ha.  Maar er wordt door de mensen gezegd dat het na de feestdagen afneemt, nou daar geloven wij dan maar in. En dan is het bijna kerst en dat is bij iedereen, denk ik, toch wel een beetje hetzelfde, lekker eten en drinken en gezellig bij elkaar zijn.
Kerstavond in Domburg samen met vrienden
De boot hebben we wel een beetje met kerstspulletjes versierd. Maar het is toch niet zoals thuis. Ik mis toch de kinderen om ons heen en de kerstboom met zijn lichtjes. Maar het is niet anders en tenslotte hebben wij hier zelf voor gekozen, dus niet zeuren Sonja. Op kerstavond is er een gezamenlijk 3-gangen diner in het restaurant van het resort, reuze gezellig zo met z’n allen. Ook hebben we een paar dagen later met alle aanwezige Hollandse boten een BBQ georganiseerd. Enkele boten hadden vlees en andere benodigde zaken ingekocht. De drank en het ijsje na afloop werd betrokken uit het restaurant. De kosten werden gedeeld. Iedereen die een barbecue had nam deze mee. Zo stonden we met 3 Cobbs op een grote tafel alle gerechten te barbecueën. Het was een gezellige avond met iedereen. De kinderen vermaakte zich ook prima in het zwembad, dus die waren niet lastig. Moe en voldaan gingen we naar ons bedje toe. Ik vraag nog aan Hans, kan je nog wel roeien, natuurlijk kan hij dat. Het is iedere keer weer mooi als je avonds naar je bootje vaart. De rust, die sterren en af een toe het geluid van de brulapen. Zo is het ‘s-morgens ook zo lekker rustig aan boord. Ik vind dit eigenlijk het mooiste moment van de dag, even tijd voor je zelf met een kopje koffie, heerlijk.
Omdat we met een aantal koppels gezamenlijk een busje hebben gehuurd, gaan we met 8 man naar Frederiksdorp, een voormalige koffie en cacao plantage aan de rechteroever van de Commewijne rivier. Het complex dateert  uit 1747. De historische gebouwen zijn in originele staat hersteld en voor een deel tot appartementen verbouwd. De plantage had in vroegere dagen een brede functie: er was een ziekenhuis, een tandarts, een politiepost en een gevangenis gevestigd. Ook kleinschalige landbouw werd op dit terrein bedreven. Frederiksdorp is alleen via het water bereikbaar. Nadat we de auto hebben geparkeerd, worden we met een korjaal  naar de overkant gebracht.
Een foto impressie van ons bezoek aan Frederiksdorp
In eerste instantie gebruiken we hier de lunch die bestaat uit diverse gerechten met rijst, nasi of bami. Na de lunch bezoeken we met een gids de voormalige plantage, waarbij er vooral veel aandacht wordt gegeven aan de twee grote panden op het terrein. Beide zijn het huis geweest van Johan Friederich Knöffel uit Pruisen, de stichter van deze plantage. Na afloop worden we met de korjaal weer terug gebracht naar de plaats waar onze auto staat. Echt een prachtige locatie om te bezoeken.
Een dag later zijn we met onze vrienden een dagje naar de vlindertuin in Lelystad geweest. Veel erg mooie vlinders gezien, al is het niet gemakkelijk om ze te fotograferen. Ze blijven niet echt stil zitten. Maar we hebben wel een paar mooie plaatje kunnen schieten. We kregen een rondleiding van een gids die ons behalve de vlinders ook de rupsen en de poppen heeft laten zien. De poppen worden geëxporteerd naar andere vlindertuinen over de gehele wereld.
Daarnaast hadden ze daar slangen en schildpadden. Ook hiervan worden de eieren opgevangen en geëxporteerd naar andere dierentuinen. Tussen de middag hebben we daar soto soep gegeten, lekker dat dat is. Omdat we veel tijd in de vlindertuin hebben doorgebracht was er geen tijd meer om nog wat anders te gaan doen. Dus boodschappen gedaan en weer terug. Het was een leuke dag.  Omdat het weer gezellig was op het terras zijn we weer blijven eten. Je bent toch gauw moe hier door de warmte en vochtigheid, dat vergt veel van je.

Wij zijn plannen gaan maken om met vier stellen een tocht te maken door het oerwoud. Je hebt verschillende tochten, dus hier en daar hebben we wat prijzen op gevraagd. Geen der tochten voldeed echt aan onze wens. Netty, de beheerder, wist wel iemand die alles kan regelen en een tocht op wens kan samenstellen die wij met z’n allen willen. Nou dat leek ons wel wat, dus contact gezocht met Anneke. Met z’n allen hebben wij een mooie tocht van vier dagen samengesteld. We gaan heen met een vliegtuigje en terug met een korjaal en de bus. Maar dit doen wij na oud en nieuw. En dan is het zover, de laatste dag van het jaar. Wij hebben besloten dat wij dat met ons eigen clubje doen. We spreken af dat iedereen wat lekkers maakt en drank nemen bij Netty en Jelle af. Mochten daar van alles gebruiken, schatten zijn het. Het is wel vreemd dat het in Nederland eerder nieuwjaar is als hier. Wij moesten nog een paar uur wachten.  Ik was wel benieuwd hoe hier het vuurwerk is. Nog een halfuurtje te gaan en dan knallen maar, nou dus niet , begint het toch te hozen niet normaal.  Vond het wel sneu voor de kinderen, zaten toch te wachten dat ze konden gaan knallen. Maar er was toch nog wel wat te zien aan vuurwerk, gelukkig maar. En dan is het 2018, wat gaat ons dat weer allemaal brengen? Jullie gaan het horen. Nu gaan wij heerlijk slapen, ben zo moeeee, welterusten. Ps. goede voornemens? Ja vijf kilo eraf daar ga ik voor. Of het lukt als het aan mij licht wel , maar als je net begonnen bent is het alweer, kom even een borreltje drinken en bij dat borreltje zitten ook weer hapjes, dus ja zo gemakkelijk gaat het niet worden, maar ik ga ervoor.