Deze keer beschrijven we Lombok en Bali samen in één verhaal. De
reden is dat we tijdens ons verblijf op Lombok, de Ikinoo in Lombok hebben achtergelaten, om vervolgens met een ferry naar Bali af te reizen voor een vakantie van een week.
Maar daarover verderop in dit verhaal meer. We beginnen daar waar we gebleven
waren.
|
Onze plek aan de mooring bij Medana Bay Marine. |
Na een paar uur te hebben geslapen, halen we het anker op en verlaten,
met pijn in ons hart, onze ankerplek bij Jambu Village. Wat hebben we hier een
prachtige ervaring opgedaan door te zwemmen met twee grote walvis haaien. Zodra
de zeilen staan, kan de motor uit en zijn we onderweg voor een tocht van 127 nm.
We stellen de windvaan in zodat de autopilot uit kan. We varen met het
grootzeil op het 2
e rif. Even later blijkt dat dat geen verkeerde
keuze was. We halen snelheden ruim boven de 7 kn zonder dat het oncomfortabel wordt.
In de loop van de avond neemt de wind wat af als we in de luwte van het eiland
komen. Zodra we echter de zeestraat tussen Sumbawa en Lombok in zeilen, hebben
we direct weer een stevige bries staan. Er staat continu 20-25 kn wind van
opzij.
|
De Ikinoo aan een Mooring. Deze foto is genomen door een vriend van ons. |
Dat schiet dus aardig op. Helaas, als we in de luwte van Lombok komen,
is het over met de pret, de wind verdwijnt in zijn geheel. We starten de motor en varen rustig verder langs de noord kust van Lombok naar de Medana Bay Marina. Het aanlopen van deze Marina is
niet eenvoudig, echter als je de opgegeven Waypoints volgt, kom je er zonder al te veel problemen. In de baai liggen diverse soorten moorings. De grootte van de boei bepaald welk gewicht de boot maximaal mag hebben. Hoe groter de boei des te zwaarder mag de boot zijn. Wij kiezen de
mooring met de grootste boei, die schepen kan hebben tot 25T, en even laat
liggen we netjes vast. Dit is een echte Marina, echter zonder veel bruikbare
steigers, wel voldoende moorings. Ook kan men hier de boot op de kant zetten
voor onderhoud of om deze voor een langere periode achter te laten.
|
Een groot deel van de sail2indonesië deelnemers bij de lezing over de rally door Maleisië. |
Alle
voorzieningen zijn aanwezig voor het liften van monohulls en catamarans. Op het
complex heeft men appartementen voor die mensen die niet op de boot willen
blijven wonen gedurende het onderhoud en er is een goed restaurant met een
mooie menukaart en alle soorten dranken, waaronder rode en witte wijn, rosé en
prosecco. We verblijven hier een aantal dagen. We huren een scooter en maken
een tocht naar de stad Mataram, waar we boodschappen doen in een groot winkelcentrum en
geld halen. Op de terugweg worden we overvallen door een stortbui. We staan zeker een uur te schuilen voordat het weer droog wordt.
|
Hier kwamen de mensen aan lopen met een schaal met op hun hoofd voorzien van traditioneel voedsel. Het geheel werd vooraf gegaan door een band. |
Elke avond zijn we met alle zeilers in het restaurant te vinden. De
organisatoren van de sail2indonesia rally en de Maleisië rally zijn beide hier
aanwezig en geven een lezing over Maleisië en de voordelen die het heeft om met
de Maleisië rally mee te doen. Voor ons is dit geen optie omdat de rally begint
als wij al lang en breed in de Panchor Marina liggen vanwaar we naar Nederland
vliegen. De organisatie doet echt zijn best, zo organiseren ze een middag met
toespraken, een originele dans en een gezamenlijk maaltijd op Hindoestaanse
wijze. Dit laatste houdt in dat de gast een een schaal met een maaltijd voor twee personen bij
zich heeft, bestaande uit diverse gerechten met rijst. De persoon die de
maaltijd heeft meegebracht zit al op de grond. Door tegenover de persoon te
gaan zitten, je netjes voor te stellen, kun je deelnemen aan deze maaltijd.
|
Hier zit ik als gast op de grond en leer hoe ik met mijn rechterhand kan eten. De gerechten waren verrukkelijk. |
Gegeten
wordt er met de rechterhand, dus zonder bestek. Voor velen van ons was dat de
eerste keer dat we met onze handen aten, wel een hele aparte belevenis. Twee
dagen later verlaten de meeste boten de Marina en gaan onderweg naar Lovina op
Bali. Wij blijven echter. We hebben het plan opgevat om de Ikinoo hier aan de
mooring achter te laten en een vakantietrip van een week naar Bali te maken. Het personeel van de Marina let in die periode op de Ikinoo en controleert
geregeld de lijnen waarmee deze is vastgemaakt. We laten ons met de taxi naar
de ferryterminal brengen, vanwaar alle schepen vertrekken naar de diverse
bestemmingen op Bali. Wij hebben ervoor gekozen om vanaf Bangsai op Lombok naar Sanur op Bali te
varen met een tussenstop bij het plaatsje Toyapakeh op Penida Island. De
ferry’s zijn in principe grote speedboten met heel veel vermogen. Zo had die van
ons zes stuks 250pk buitenboordmotoren. Ze varen met hoge snelheid van A naar
B. Op de heenreis hadden we de wind en de golven schuin van voren staan. Door
de snelheid en de hoge golven maakte het schip enorme klappen. Gelukkig hadden
we comfortabele stoelen. De snelheid ligt rond de 30 kn, maar wordt door de
golven en de klappen soms teruggebracht naar 20 kn. Een ritje in de achtbaan is
er niets bij.
|
Wat een power, 6 keer 250 pk als aandrijving. |
De zijramen kunnen wel open, maar door het vele overkomende water
laat je dit wel. Aangekomen bij het plaatsje Sanur, blijkt dat de haven hier
volledig wordt gerenoveerd en dat we via de achterkant van de boot in het water
moeten stappen en naar de kant toe lopen. Gelukkig voor Sonja is er een sterke
man die haar naar het droge tilt. Met een taxi laten we ons vervolgens naar het
Sri Abi Ratu Villa & Resort brengen, waar wij voor een week een appartement
hebben gehuurd. De prijs voor een taxirit kan in Indonesië aardig variëren, het
is dan ook raadzaam de prijs vooraf af te spreken. Het resort waar wij verbleven,
was in het verleden zeer modern geweest, de kamers waren netjes en voorzien van
een grote badkamer en het bed was uitstekend. In de tuin hadden we zelfs een
privé zwembadje.
|
Ons privé zwembadje in de tuin van ons appartement. |
Het gehele complex is verder eigenlijk een beetje gedateerd.
Het vermelde restaurant met bar is er niet meer en men kan alleen wat frisdrank
uit de koelkast bestellen en koffie en theezetten in je appartement. Ook het zwembadje wordt onvoldoende schoon gehouden. Bij het
boeken hadden we het idee dat het al aardig vol zou zijn, er waren echter maar
drie appartementen bezet. Wat wel speciaal is, is dat het wemelt er van de
dieren. Eenmaal hadden we een grote hagedis op de muur boven ons bed zitten.
Hij kroop achter het schilderij wat daar hing en we zagen hem niet meer
terug.
|
Deze vond ik zomaar op straat terwijl ik op Sonja wachte. |
’s-Nachts zijn er kikkers actief die ook tegen de muren en de
ramen opkruipen. Als ze dan beginnen te kwaken schrik je echt omdat het net is
alsof ze in je slaapkamer zitten. Daar moet je dus wel tegenkunnen. ’s-Avonds
brengt de jongeman die ons heeft ontvangen, ons met zijn eigen scooter naar een
nabijgelegen restaurant. Hier eten we wat en drinken een biertje. Na afloop
komt hij ons weer ophalen. Voor de volgende zeven dagen hebben we een scooter
gehuurd zodat we ons makkelijk kunnen verplaatsen over het eiland. Dat scooter
rijden is wel een dingetje hier op Bali. Het vervoer per scooter gaat sneller
dan met de auto. Het verkeer staat namelijk regelmatig vast. Met de scooter
scheurt iedereen tussen de auto’s en de vrachtwagens door. In het begin moet je
daar echt even aan wennen, maar na een paar dagen doe je gewoon mee. Je haalt alles
en iedereen in, links of rechts, het maakt niet uit.
|
Hollandse bitterballen, YES |
Daarbij hangt iedereen op
zijn toeter om aan te geven dat ze voorbijkomen. Je zenuwen moeten wel sterk
zijn, maar uiteindelijk is het na verloop van tijd wel leuk om te doen. De eerste
dag rijden we naar de plaats Seminyak, waar we op zoek gaan naar een
kledingmaker die voor Sonja twee jurkjes kan maken op basis van een jurkje dat
ze bij zich heeft. De winkel die we op internet hadden gevonden kon geen
jurkjes maken. Teleurgesteld verlieten we het winkelcentrum. Al flanerende
langs de winkels zagen we een massagesalon. Sonja heeft hier haar voeten laten
verwennen met een massage en pedicure. Ze voelde na afloop weer zijdezacht aan.
We vinden een kledingmaker die in een paar dagen deze jurkjes kan maken. Sonja
zoekt de twee kleuren zijde stof uit en we doen een aanbetaling en maken een
afspraak voor de dag dat wij de jurkjes komen halen. Voor de lunch gaan we naar
een restaurant dat volgens Sonja heel bekend is en waar ook veel inwoners van
Seminyak komen eten. Tot onze verrassing hadden ze bitterballen op het menu
staan. We hebben deze natuurlijk besteld en ervan genoten. De rest van de
maaltijd was ook prima. We waren net klaar met eten en wilde gaan betalen, toen
er een onweersbui los barste, het regende tijden lang pijpenstelen. Gelukkig
zaten we droog en bestelde nog maar wat te drinken. Onderweg zagen we
regelmatig mensen lopen met kleine offerbakjes met bloemen, wat eten en een
wierookstokje. Bij navraag bleek dat de Hindoestaanse bevolking van Bali deze
offers neerlegt bij tempels, op de stoep voor een winkel of bij de kleine
tempeltjes op de markt.
|
Overal op straat kom je deze zoenoffers tegen. |
Met deze offers probeert men de kwade demonen goed
gezind te houden. Erop gaan staan wordt als disrespectvol gezien. Elke kleur van
een boem staat symbool voor een andere god. Aan het einde van de dag reden we
terug naar ons resort, waarbij we nog even een biertje dronken en een
kleinigheidje aten bij het restaurant waar we die dag daarvoor al te gast waren
geweest. De volgende dag stonden we vroeg op omdat we een druk programma voor
de boeg hadden. Als eerste reden we op onze scooter naar de Tegenungan
watervallen. Via trappen daal je af in een vallei en kun je de waterval
bewonderen. Op gepaste afstand van de waterval kun je zelfs zwemmen en er is
zelfs een reddingsstation aanwezig. Wat ons opviel, was dat aan de zijde waar
wij afdaalde veel gebouwtjes sterk verwaarloosd waren, terwijl aan de kant waar
wij weer omhoogliepen veel gebouwen nieuw waren. Toen we eenmaal weer boven
waren, vonden we zelfs veel stalletjes met toeristische prularia. Eenmaal boven
aangekomen, liet ik Sonja achter en wandelde snel de vooraf gelopen route weer
terug om onze scooter op te halen.
|
We hebben zo veel foto's genomen dat we niet wisten welke te kiezen, dus dan maar via een collage. |
Aansluitend reden we door naar de dierentuin
van Bali. In onze ogen heeft de dierentuin twee gezichten, deels is het een
aantal jaren geleden vernieuwd waarbij de dieren veel bewegingsruimte hebben
gekregen en deels is het nog oud met dieren in kooien.
|
Je loopt hier dus gewoon tussen de dieren, zonder enig hek wat de dieren tegenhoud. |
Zodra je in het park
bent loop je zonder afscherming tussen herten en de wallabay's door die rustig blijven
staan of zitten om jou te bekijken. Er is geen hek die de dieren binnen houdt.
Bij binnenkomst loop je de eerste tijd door dat deel van het park waar de
dieren veel leefruimte hebben, je kunt er zelfs een ritje maken op de rug van
een olifant, wel tegen extra betaling natuurlijk. Zo is er ook een groot afgeschermde
grote oude kooi waar je naar binnen kunt. Hier loop je tussen de dieren door
die de mens hebben geaccepteerd. Er is wel een bewaker die erop toeziet dat je
de dieren niet aanraakt, maar voor de rest kun je heel dicht bij de dieren komen. De dierentuin is zeker de moeite waard. Voordat we
weggingen hebben we hier nog geluncht met saté.
|
Een collage van de dieren in deze dierentuin. Zoals je op de foto's kunt zien zitten de meeste van deze in hele grote ruimtes en loop je er zelf tussendoor. |
Op de scooter gingen we verder,
op zoek naar een bekend restaurantje midden tussen de rijstvelden. Het was een hele
klus om dit restaurantje te vinden. Het laatste gedeelte hebben we zelfs door
de regen gelopen omdat wij het paadje wat te smal en te modderig vonden om met
de scooter te rijden.
|
Hier zijn de boeren aan het werk op de rijstvelden. |
Hier hebben we wat gedronken en vegetarisch gegeten terwijl het
pijpenstelen regende. Zodra het weer droog was, zijn we opnieuw op pad gegaan,
deze keer terug naar ons resort. Onderweg nog even wat bier en chips gekocht.
’s-Avonds samen op bed gezeten en een filmpje gekeken onder het genot van bier
en chips. Gesloopt waren we. De volgende dag was het grijs met een voorspelling
voor veel regen. Het internet van Sonja functioneerde niet meer. We reden naar
de dichtstbijzijnde winkel die ons kon helpen. Na meer dan twee uur sleutel
kwam men tot de conclusie dat het probleem niet bij hen lag maar dat het
toestel het probleem was. Ineens herinnerde ik mij dat ik dit eerder had
meegemaakt. Sonja had een datalimiet ingesteld op haar telefoon.
|
Een ander voorbeeld van een zoenoffer voor een winkel. |
Om de een of
andere reden wordt deze waarde naar “0” gezet, waardoor het Internet niet meer
functioneert. Ik heb de waarde naar 100 Gb veranderd en het Internet
functioneerde weer. Op de scooter reden we vervolgens naar Kuta, het
toeristische centrum van Bali. Hier is een groot overdekt winkelcentrum waar we
een paar uur hebben rond geslenterd. Er was een bijzonder restaurant waar je
een menu van de gril kunt bestellen. Steeds serveren ze een gerecht waarbij je
gelijktijdig ook van het buffet kunt opscheppen. Ook de frisdrank is in de
prijs inbegrepen.
|
Het regent pijpenstelen terwijl wij rondlopen in de mall. |
We waren net klaar met eten toen de weergoden opnieuw de
sluizen openzette. Met pijpenstelen kwam het uit de lucht vallen. Gelukkig
liepen wij droog, Zodra het droog was zijn we weer teruggereden naar ons
resort. Opnieuw wat biertjes gekocht voor consumptie op onze kamer. Ondertussen
waren de jurkjes voor Sonja klaar, tijd dus om opnieuw naar de kleermaker te
rijden. De jurkjes waren klaar en er kon dus worden afgerekend. Ergens in de
omgeving bevond zich een tempel die wij graag wilde bezoeken. Het is niet en
tempel niet echt bekend is, maar juist daarom wel interessant. Bij binnenkomst
werden we van harte welkom geheten en kregen we een gele sjerp om die aangeeft dat je een gast bent.. De tempel
was heel oud en ook een beetje aan het vervallen.
|
De ingang van de oude tempel midden in een drukke stad. |
Vooral oudere mensen waren
bezig met het onderhoud en het aanvegen van de straatjes en pleintjes. De rust
is hier echter overweldigend, ondanks dat deze tempel midden in een drukke stad
ligt. Na afloop hebben we het gastenboek getekend. Ook bezochten we het Ubud Water Palace. Dit is een tempel die door veel
toeristen bezocht wordt, de watertuin is werkelijk prachtig met veel lotusbloemen en ook de tempel
zelf is mooi en goed onderhouden. Bij de ingang is zelfs een restaurantje
aanwezig waar je wat kunt eten en drinken. Deze tempel is zeker de moeite
waard.
|
Een impressie van het Water Palace in Ubed, een schitterend met schitterende bloemen in de vijver. |
Aansluitend reden we door naar een vlindertuin. Deze bleek verplaatst te
zijn naar een nieuwe locatie.
|
Een van de schitterende vlinders. |
De laatste keer dat wij een vlindertuin zagen was
in 2018 bij ons bezoek aan Suriname. Deze was wat minder spectaculair maar
zeker de moeite waard. Men heeft hier alleen de vlinders die in Indonesië
voorkomen. Er zitten hele grote exemplaren bij. Rond om het complex is men nog
bezig om de tuinen verder in te richten. Dat gaat wat langzaam omdat je ook af
en toe moet rusten, zeker onder werktijd. De laatste dag van ons verblijf op
Bali bezochten we een orchideeëntuin, het klimaat in Indonesië leent zich hier
prima voor. Alles groeit van nature, zo ook deze bloemen. Na afloop van dit
bezoek zijn we teruggereden naar ons resort omdat Sonja zich niet 100% voelde.
|
Een tuin vol met dit soort schitterende orchideeën. |
Voor het diner reden we met de scooter naar Sanur. Dit is een toeristisch
plaatsje met veel leuke restaurantjes. Onderweg daar naartoe werden we staande
gehouden door een politieagent. Wat bleek, buiten de bebouwde kom moet je een
helm dragen. Nu had Sonja de gehele week nog geen helm op gehad, omdat we deze verkeersregel niet kende, terwijl we hier al een aantal keren hadden gereden. We hadden de keuze uit voorkomen over drie weken of de boete
direct betalen. Hij had een lijst bij zich met de bedragen die je moet betalen
bij bepaalde overtredingen.
|
De avond voor ons vertrek kregen wij dit van de manager van het resort waar we verbleven. |
Hij schreef iets op een briefje, liet mij mijn naam
opschrijven en wij betaalde een paar honderdduizend roepia’s. We weten het niet
zeker, maar dit geld komt niet daar waar het thuis hoort. De volgende dag stond
in het teken van de terugreis naar Lombok. Om 08:00 uur werden we opgehaald
door een taxi die ons naar het strand bracht waarvandaan de ferry vertrok.
Onderweg deden we drie eilanden aan waar we mensen afzetten of juist ophaalden.
Aan het einde van de dag waren we weer terug op de Ikinoo. ’s-Avonds in het
restaurant van de Marina weer heerlijk gegeten en een biertje gedronken. Tijd
om plannen te maken voor het volgende deel van onze reis
Geen opmerkingen:
Een reactie posten