zondag 20 mei 2018

Genieten met vrienden

Onze huispelikaan, op het wrak direct achter de Ikinoo
Zoals in het  vorige bericht gemeld zijn we net aangekomen in Guadeloupe. Het was een prima zeildag, voor het eerst in lange tijd gezeild zonder een rif in het grootzeil, heerlijk met 6,0 kn richting onze bestemming Pointe-a-Pitre. Wij liggen hier achter een rif met prima ankergrond, het waait wel, maar je kunt niet alles hebben en eigenlijk is het wel lekker zo, want anders wordt het veel te heet. Om aan de wal te komen moeten we wel een stukje varen met de bijboot, maar dat is even niet anders. De activiteiten van de volgende dag bestaan uit het onderzoeken van de omgeving, dus wat je in ieder plaatsje doet waar je het anker laat vallen. Waar moeten we inklaren, waar kunnen we boodschappen doen, waar is de flappentap, waar kunnen we de was doen of wegbrengen en waar bevinden zich de leuke restaurantjes en barretjes. 
gespot tijdens de stadswandeling
Gelukkig is alles vlakbij wel zo gemakkelijk. Het inklaren gaat ook hier op zijn Frans, hetzelfde dus als in Martinique. Er is een PC waarop je de pagina oproept voor het in- en uitklaren. Je vult deze volledig in. Aan het einde, als alles ingeuld is, druk je op de knop “opslaan & printen”. Met de geprinte pagina loop je naar de kassa, je krijgt er een stempel op met een handtekening en je betaald 3 Euro voor de moeite. Binnen 10 minuten sta je weer buiten. Kunnen ze dat niet op alle eilanden zo regelen!? Droom lekker verder Sonja, dit gaat gewoon niet gebeuren, dus wen maar aan de bureaucratie van de andere eilanden. Als het inklaren achter de rug is, melden de drie meiden dat ze willen gaan winkelen zonder de mannen. Oké, de mannen gaan wel mee de stad in, maar daar scheiden onze wegen zich. De mannen gaan een stadswandeling maken. Wij spreken een tijd en plaats af wanneer en waar wij elkaar ongeveer weer terug zullen zien. Zoals altijd, als een aantal meiden gaan shoppen, hebben we natuurlijk veel te weinig tijd genomen. Wij hadden pas de helft van de winkelstraat gehad en moesten toen toch echt al terugkeren, wat jammer, maar de mannen zaten al te wachten.
In de binnenstad worden oude huisjes gerestaureerd
Onze voetjes doen toch ook wel een beetje zeer van het slenteren langs al die leuke winkeltjes. Nog even lekker met z’n zessen wezen lunchen en aansluitend weer terug naar de boot. Het was een hele leuke dag met de meiden, even weer eens lekker kunnen schoppen, dat heeft een vrouw zo op zijn tijd toch wel nodig, ja toch?  
Een mooie waterval, iets heel speciaals voor de caribische eilanden

Wij besluiten de volgende dag met zijn allen een auto te huren en het eiland te gaan verkennen. Het word een mooie tocht. Het rijden gaat prima, al moet ik zeggen dat Diederik van de Zwerver meestal rijdt, dat vinden wij prima, kun je zelf wat meer om je heen kijken. Het landschap is erg mooi, we bezoeken onderweg een mooie waterval. 
Het er naar toe lopen valt gelukkig dit keer erg mee zodat ook ik de waterval kan bekijken. Ze hebben een mooi pad aangelegd tot aan de waterval. Als we vervolgens besluiten ergens wat te gaan eten en drinken valt dat een beetje tegen, je vindt haast niets en als er wat is blijkt het gesloten te zijn. Wel een beetje vreemd vind ik, maar ja dat is de Carieb. Na de lunch hebben we de rit voortgezet en hebben aan het einde van de middag nog een klein openlucht museumpje bezocht met geologische vondsten. Hebben wij weer, begint de tour met de gids begint het daar een partij te hozen, iedereen zocht een droog onderkomen. Na de bui ging de tour weer verder. De volgende dag hebben we het wat rustiger aan gedaan. Na een niet al te lange rit zijn we bij een mooi strandje aangekomen. Lekker even zwemmen en snorkelen. Daarna lekker met elkaar gegeten en aansluitend weer terug richting boot. Voordat we daar waren aankomen, besluiten we dat wij met z’n allen nog grote boodschappen kunnen doen nu wij de auto nog hebben.
Een van de rotstekeningen
Het is een feestje als je een grote supermarkt vindt die alles heeft, dat is hier echt een luxe. Als we klaar zijn met boodschappen doen, zie ik dat een ieder aardig heeft ingekocht, het is te hopen dat het allemaal  in de auto past. Dat gaat echter lukken, maar wel met een paar boodschappentassen ook op onze schoot. Aangekomen bij de haven moet het ook nog in de bijboot en dan nog een aardig stukje varen eer dat het op je boot is. Maar alles verloopt vlotjes en een half uur na aankomst is alles weer op geruimd en netjes. Nicole en Diederik van de Zwerver vragen of dat wij een potje komen klaverjassen. Gezellig de vrouwen tegen de mannen, laat de vrouwen nu eens een keer winnen, ha, ha. Maar eerlijk is eerlijk, de mannen winnen vaker en ieder keer zeggen wij tegen elkaar, wij gaan ervoor, maar het zit ons niet echt mee. De volgende keer beter. Van een stel andere zeilers hebben we vernomen dat we vanaf Point-a-Pitre een mooie tocht kunnen maken met een snelle motorboot. Betere reclame kun je niet hebben. Al snel hebben we contact met de betreffende man en spreken we af voor twee dagen later.
Lunchen op een onbewoond eil
Op de betreffende dag worden we 's-morgens in de jachthaven opgehaald. Rustig varen we de jachthaven uit. Eenmaal buiten op het open water wordt de snelheid al gauw meer dan 30 kn, geweldig wat een ervaring. We gaan onder een tweetal bruggen door en varen dan dwars door het eiland heen naar de noordkust van Goudeloupe. Hier gaat het gas er weer op richting een onbewoond eilandje. 
Het onderwater snorkel eilandje
Ter plaatse aangekomen krijgen we allemaal een rumpunch en een ander sterk alcoholisch drankje en dat 's-morgens om 11:00 uur. Daarna is het tijd om te snorkelen, terwijl onze gids een heerlijke lunch klaarmaakt op een meegenomen barbeque. De lunch is geweldig, kerriekip, gamba's, rijst en als toetje gebakken banaan met chocolade. Dat alles wordt weggespoel met lekkere wijnen. Na afloop ruimen we alles op en vertrekken naar een wrak waar opnieuw gesnorkeld kan worden.

Vervolgens varen we naar eilandje wat net onder water licht met hierop mangrove struiken. Hier zien we roggen en barracuda's. Als afsluiting bezoeken we nog een vogeleiland.
De vogels verwelkomen ons
Helaas moeten we daarna weer terug naar de jachthaven. Deze tocht was zijn geld meer dan waard. Wij besluiten dat het weer tijd is om weer verder te gaan. Omdat het een afscheid wordt van Ivo en Edith, gaan we nog wel even met zijn zessen heerlijk uit eten. De volgende dag vertrekken wij ’s-middags om 15:00 uur LT, want wij willen, samen met de Zwerver, een nachtje doorzeilen om in Antigua te komen. Eenmaal buiten op zee staat er een lekker windje, alleen wel uit de verkeerde hoek. Na twee uurtjes aanmodderen tegen de stroming, tegen de wind en tegen de golven in, roepen wij via VHF kanaal 16 de Zwerver op. Diederik komt met het voorstel om in plaats van via de oostzijde van Guadeloupe maar via de westzijde te gaan.
Een witte reiger met jongen
Dan zit alles mee, het besluit is snel genomen, het roer gaat om, de zeilen worden gevierd en met 6 kn gaan we richting de westzijde van Guadeloupe. We krijgen nog een bui over waaruit 28 kn wind komt zodat de snelheid een aardige tijd boven de 7 kn blijft, dat schiet lekker op. Onderweg zijn een aantal goede ankerplekken zodat we een goede nachtrust kunnen hebben al vorens weer verder te zeilen. Om 23:00 uur LT liggen we voor anker bij Bouillante. Na een goede nachtrust zijn we de volgende ochtend om 07:00 uur al weer onderweg. Het is een beetje wisselvallig weer. Geen wind, wel wind, we zitten nog in de luwte van het eiland zegt Hans, straks als we het eiland voorbij zijn komt de wind vanzelf wel doorzetten.
De Zwerver onder zeil naar Antigua
Nou, dat hebben we geweten, hij kwam aardig doorzetten, vooral bij de kaap soms meer dan 28 kn ware wind. We zijn net lekker onderweg als de molen van de hengel begint te ratelen, ik riep; vis aan de lijn. Gelukkig hadden wij net de windvaan globaal ingesteld, dus ook al gaan wij even niet helemaal de goede richting op, geen probleem want de Ikinoo stuurt zichzelf. Het is altijd weer spannend, wat voor vis zit er aan de haak en krijg je hem ook echt wel binnen. Dit keer had de vis pech en wij geluk, we hadden een heerlijk tonijn aan de haak. Gelukkig konden we hem met de grote vishaak zonder veel bloedsporen binnen halen. Ik vind het toch altijd een beetje eng als Hans het mes er in zet om hem dood te maken. Dat wend nooit volgens mij, al hebben de mannen daar minder probleem mee en ja zeg nou zelf, zij moeten het tenslotte doen. Wij eten de vis alleen maar lekker op.

Aangekomen in Falmouth Harbour op Antigua zien wij de Zwerver al voor anker liggen. Zij gaan altijd wat sneller dan wij, dus liggen zij meestal al achter hun anker als wij aankomen. Maar dat vinden wij wel zo prettig, dan weten wij direct een beetje waar we kunnen gaan liggen.
English Harbour met daar achter Falmouth Harbour
Al hoewel, je moet hier wel heel goed opletten, er zijn hier veel ondieptes in de baai. En ja hoor, het is ons gelukt, wij lopen vast. Gelukkig zijn we, na flink wat gasgeven in zijn achteruit, zo weer los, maar wij schrokken wel even, het ging ook zo snel. Als het anker eenmaal in de grond zit en de Ikinoo aan kant is gemaakt, wordt het tijd voor ons welverdiende ankerbiertje. Al bij al vond ik het een pittig tochtje maar wel leuk. Hier worden de komende dagen zeilwedstrijden gehouden met klassieke zeilschepen. De ene boot is nog mooier dan de andere, je kijkt je ogen uit. Maar nu eerst inklaren in English Harbour. We leggen onze bijboot in Falmouth Harbour aan de dinkysteiger en lopen vervolgens naar English Harbour. Deze jachthaven ademt een en al de Engelse sfeer uit, de meeste gebouwen zijn prachtig gerestaureerd en hebben een nieuwe functie gekregen. Wat hier aan schepen ligt is werkelijk met geen pen te beschrijven.
Een van de gerestaureerde panden in de jachthaven
En elk schip heeft zijn personeel in een gelijk tenue gekleed. Geld speelt hier geen rol meer, lijkt het wel. Maar we kwamen hier om in te klaren en niet om bootjes te kijken. Het inklaren is echter wel een dingetje. Inklaren doe je op een PC die je door het personeel wordt toegewezen. Met onze ervaring vanuit de Franse eilanden, denken we, dat is dus zo gepiept. Niet dus, het heeft ons meer dan 2 uur gekost om in te klaren. Het begint al bij het begin, je moet alle gegevens op een PC invullen. Dat lijkt simpel, maar als de PC of het netwerk continu vastloopt gaat het wel meer tijd kosten. Uiteindelijk lukt het ons om op de PC van de dienstdoende beambte het formulier compleet ingevuld te krijgen. Daarna wordt alles geprint en moet je langs diverse loketten. Bij het laatste loket moet je natuurlijk betalen. Wat we wel ontdekken is dat je bij het uitklaren opnieuw moet betalen voor de dagen dat je voor anker hebt gelegen. Maar dan kunnen we eindelijk de jachthaven met het omliggende terrein en de gebouwen gaan bekijken. Eerlijk is eerlijk, het is een mooie haven, alles ziet er goed verzorgt uit. Als we teruglopen naar onze bijboot, doen we onderweg boodschappen en kopen een simkaartje met 5 Gb internet tegoed. ‘s-Avonds doen we met z’n vieren nog een klaverjasje. Helaas hebben de dames weer verloren. Jammer volgende keer beter. Nicole en ik blijven de moet er in houden, positief blijven denken.
Een impressive van de eerste wedstrijddag
De volgende dag beginnen de wedstrijden. Wij zeilen vandaag met de Zwerver mee langs de zijlijn van het wedstrijdveld met klassieke zeilschepen. Alle schepen zijn ingedeeld in diverse klassen. Taak is, om de jachten die meedoen aan de wedstrijd, niet in de weg te zitten. Het was een ruig tochtje maar Diederik is een wedstrijdzeiler geweest dus zeilen kan hij als de beste. Hans is ook even achter het roer gaan staan maar die zeilt toch weer anders. Moe en voldaan keren wij weer naar de Falmout Harbour terug en zoeken weer een ankerplekje. ‘s-Avonds gaan we met z’n vieren de sfeer een beetje proeven van de mensen die de wedstrijden doen. Heerlijk dat zeilwereldje. Ik denk dat je zelf wel een zeiler moet zijn om het sfeertje te kunnen begrijpen.
De speciale bewegwijzeringsboordjes
We krijgen trek dus gaan we uit eten. We vinden een leuk optrekje bij de haven en besluiten daar te gaan eten. Ik neem een pepersteak, heerlijkkkkkk. Het is ook al zo lang geleden dat ik een  goed stukje vlees heb gegeten. Meestal vind ik het eten niet echt geweldig, je betaald de hoofdprijs en het is niet lekker, dat vind ik toch jammer, want je betaald er wel voor. En dan hier, op het eiland dat de naam heeft verschrikkelijk duur te zijn, krijgen we een heerlijk stuk vlees voorgeschoteld. Bij het afrekenen valt de totale rekening ons alle vier reuze mee, gewoon Hollandse prijzen. Wij zitten op de eerste verdieping op het buitenterras en zien dat op de begane grond een band bezig is zich voor te bereiden. We besluiten wat langer te blijven zitten. Gelukkig niet voor niets, we krijgen de ene naar de andere show van diverse bands solo artiesten. Wij hebben er een prachtig uitzicht op en het klinkt nog goed ook. Moe en voldaan gaan wij weer naar de Ikinoo toe.
Tijdens de wandeling treffen we midden in de bossen
een verwaarloosde begraafplaats aan. Vele graven zijn
wel heel erg oud en staan er soms al eeuwen
We nemen nog een slaapmutsje en gaan dan lekker ons bedje in. De volgende dag gaat Hans samen met Nicole en Diederik een wandeling maken. Ik blijf lekker op de boot, ik vermaak mij wel. Ik hoor het wel hoe het was en natuurlijk de door de foto’s die Hans maakt ben ik er toch een beetje bij. We hebben nog even een klaverjasje gedaan en zijn op tijd naar bed gegaan. Als de zeilweek met klassieke schepen voorbij is, besluiten we verder te gaan zeilen naar Great Bird Island. Onderweg hebben we een beetjes regen en is het goed opletten omdat er meerdere ondieptes zijn. Maar eenmaal op de plaats van bestemming aangekomen, zijn we bijna sprakeloos, wat is het hier mooi en wat een rust, ook wel eens lekker na de hectiek van afgelopen week. We maken ons avondeten klaar en kijken, onder het genot van een glaasje wijn, nog even een filmpje en dan is de dag al weer voorbij. De volgende morgen zoeken wij onze snorkerspulletjes bij elkaar, duikelen mijn strandstoeltje op en nemen wat eten en drinken mee.
De Ikinoo voor anker bij Great Bird Island
Alles gaat in de bijboot en we varen naar het strandje toe. Hier moet je weer goed opletten waar je vaart vanwege de ondieptes en anders even je buitenboordmotor kantelen, maar alles gaat dit keer goed. Het is een prachtig strandje en heerlijk rustig. Wij hadden het strand helemaal voor ons zelf. We hebben heerlijk gesnorkeld. Aan het einde van de dag zijn we weer teruggekeerd naar onze Ikinoo. Onderweg zien we dat er een Nederlandse boot is aangekomen. Hans zegt, dat is de Agape van Rob, Connie en de twee meiden. We varen er even langs om te vragen hoe het met hen gaat.
Onze dinky op het strand van een onbewoond eiland
We worden voor de volgende dag aan het einde van de dag uitgenodigd om bij hen aan boord te komen borrelen, gezellig kunnen we even bijpraten over al onze belevenissen. ’s-Avonds doen we aan boord van de Zwerver nog een klaverjasje. De volgende morgen zijn wij wat verder weg gegaan naar de andere kant van het eiland. Het koraal is hier wat mooier en er zijn veel meer verschillende vissen, genieten doen wij hier. Maar ja aan alles komt weer een eind. Dus spullen weer in de bijboot en weer terugvaren. Aan het einde van de middag zijn we samen met Diederik en Nicole naar de Apage gevaren voor de borrel. Het blijft altijd weer leuk om te horen hoe het een ander is vergaan. En dan doel ik niet alleen op de leuke dingen maar ook op de mindere leuke dingen en wat er zo al fout kan gaan.
En hier is het eiland bekend om, we zien vele mooie vogels
Zo leer je ook weer van elkaar. En dan is het weer tijd om verder te gaan, op naar Jolly Harbour. Een leuk tochtje zeilen met alleen de yankee uitgerold. We varen dicht onder de kust zodat we de kustlijn kunnen bekijken, deze is prachtig hier. Meestal is de Zwerver eerder op het eindpunt maar nu waren wij er eerder. Onze yankee is in verhouding groter dan hun fok wat toch in snelheid scheelt. Zo heeft iedere boot wel een zeilstand die dan net wat meer snelheid uit de boot krijgt. Jolly Harbour heeft een mooie baai waar je kunt ankeren. De baai is niet al te diep met een vaargeul voor grotere schepen, het is dus wel even oppassen waar je vaart. Als het anker eenmaal in de rond zit liggen we dan ook als een huis zo vast. Wij zijn hier om uit te klaren en om vanaf hier weer verder te gaan naar het volgende eiland.
Uitzicht over de ankerplek vanaf het hoogste punt van het eiland
In tegenstelling tot English Harbour, hoef je hier niet te betalen voor het aantal dagen dat je voor anker hebt gelegen. Dit hadden wij weer van andere zeilers gehoord, dus ja ,wij blijven toch Nederlanders niet. Als het gratis kan waarom er dan voor betalen? Als we weer aan boord zijn roept Hans; kijk wie er daar ligt, de Bonnefooi. Hans let op iedere boot die hij tegenkomt en houd alles in de gaten, ha, ha, ha. Ik zeg tegen; Hans vraag even of ze een borreltje komen drinken. Hup hij de  bijboot in en roeien naar de Bonnefooi. Als hij terug is zegt hij dat wij bij hen zijn uitgenodigd omdat zij al visite hebben. Ik zeg nog tegen Hans; nee wij gaan dan niet hoor. Ja zegt Hans, Anne vroeg juist, ga Sonja even halen, gezellig. Oké ik ben om. Het was weer erg gezellig om ze te zien. De volgende dag zijn we met het lokale openbaar vervoer naar de hoofdstad van Antigua, St. Johns gereden. Wat een gezellig stad is dit, een mengelmoes van culturen en zo leuk.
Ondergaande zon op de ankerplaats van Jolly Harbour
De bus is al een heel ding, ze stoppen waar jij er uit wil. Als je langs de kant van de weg staat steek je je hand op en dan stopt hij voor jou zodat je kunt instappen. Ik vind dit echt geweldig. Daar kunnen ze in Nederland nog wat van leren. Die rijden gewoon door als je er niet op tijd staat. Op de terugweg doen wij nog wat boodschappen en gaan ‘s-avonds met de Zwerver uit eten. Weer eens een pizza gegeten, dat was erg lang geleden en dus erg lekker. Nog een aflevering van Homeland gekeken en dan ons bed in want morgen gaan wij weer verder. Op naar Guadeloupe. Je zult wel denken, maar daar zijn jullie toch al geweest. Dat klopt, we hebben besloten vanwege de voordering van het seizoen, het is al begin mei, niet verder noordwaarts te zeilen, maar terug te keren naar het zuiden tot aan St. Lucia. Vanaf daar gaan we dan via Los Roques en Bonaire naar Curaçao.

maandag 23 april 2018

Martinique, Dominica en Marie Galante


Deze maand kenmerkte zich door de grote verschillen die we zagen tussen de plekken waar we verbleven. Het ene eiland doet modern aan, met een prima infrastructuur, waarbij je het gevoel krijgt in Europa te zijn, het andere eiland is een grote puinhoop door de orkaan Maria, waarbij de bevolking bezig is te overleven en de omgeving weer op te bouwen. Hieronder onze ervaring in dit door de orkaan Maria getroffen gebied.
De natuur hersteld snel, maar de schade is nog zichtbaar
De zeiltocht die nu volgde, voerde ons naar het plaatsje Sainte Anne op het eiland Martinique, een eiland waar veel watersport wordt bedreven. Dit eiland behoort bij Frankrijk. Je betaald er dus met Euro’s, ze spreken er Frans en soms gebrekkig Engels, ze rijden er weer rechts, er is een uitstekend onderhouden infrastructuur en het doet gewoon Europees aan. Sainte Anne ligt aan het begin van een mooie, zeer grote baai, waar we prima achter ons anker liggen. De baai loopt zeer diep het land in tot aan het plaatsje Le Marin, waar de grote jachthavens liggen met alle daarbij behorende winkels en service mogelijkheden. Hier ligt een grote charter floot van catamarans, die je overal in de Carieb tegenkomt. Als wij een nieuw eiland aandoen, werken we eigenlijk altijd volgens hetzelfde stramien, Hans gaat inklaren en ik blijf op de boot, zeker de eerste dag. Ik blijf op de boot omdat we zeker willen zijn dat het anker goed houd, we hebben al te vaak gezien dat mensen hun boot achter lieten en het anker ging krabben. Dit vinden wij alle twee erg prettig zo en dan moet je dat zo blijven doen. Hier maken we voor het eerst kennis met de Franse manier van inklaren.
Happy hour in Saint Anne
Er is een computer in een café waarop je alle gegevens compleet moet invullen. Als je klaar bent, druk je op safe en print. De man achter de kassa geeft het document een stempel en een paraaf en na betaling van drie Euro krijg je het benodigde inklaringsbewijs. Binnen 5 minuten is alles geregeld. Na het inklaren komt Hans Diederik en Nicole van de Zwerver tegen, die waren hier samen met twee vrienden aan het winkelen, ook toevallig. Natuurlijk even staan bijkletsen, zij lagen in een andere baai. Sainte Anne is een klein lieflijk dorpje. Mooie pandjes en een mooi kerkje. Toen wij op zondagmorgen aan de wal kwamen, was er een mis gaande, de mensen stonden zelfs buiten voor de deuren, zo druk was het. Een groot deel van de bevolking is hier erg gelovig. Wat ik daarbij zo’n mooi gebaar vond was dat, nadat de voorganger iets had gezegd, het ineens heel stil werd. Daarna begon een ieder elkaar de hand te schudden waarbij er iets in het Frans werd gezegd.
Een terugblik op Anse d'Arlet
Wij stonden op dat moment te luisteren en te kijken, zodat ook wij een hand kregen van iedereen om ons heen. Ik vond dat zo’n mooi en warm gebaar, ondanks dat ik niet weet wat de gesproken tekst betekende. Na drie dagen wilden wij weer verder naar Anse d’Arlet. Hier was helaas niet veel aan. Geen winkeltjes, alleen maar een klein strandje met wat restaurantjes, veel was er zelfs niet eens open. ‘s-Avonds hebben we in een restaurantje aan het strand een pizza gegeten.
Na twee dagen weer het anker opgehaald en doorgevaren naar de marina Etang Z’Abricot, vlak bij Fort de France. Daar aangekomen zien we Francis staan, een zeilvriend van ons, die ons helpt bij het aanleggen, wel lekker makkelijk zo. Toch vreemd om weer in een haven te liggen. Het is wel makkelijk met water, stroom en douches met toilet, maar dat is dan ook alles. De haven is goed, netjes en zeker niet duur, maar om bij een bushalte te komen moet je toch wel een aardig stuk lopen.
Hans in actie!!!
De eerste nacht slapen zonder gewiebel is toch wel een keertje lekker. De volgende ochtend ligt er een vers stokbrood aan boord? Ik zeg nog tegen Hans, regelt de marina dit? Dit vind ik wel oké. Later kwamen wij er achter dat de lieve mensen van SY Tijd dat als verrassing bij ons hadden neergelegd. Hoe lief is dat. Na de lunch zijn wij met de bus naar Fort de France toe gegaan. In de bus was het steenkoud, de airco stond hier volop te draaien. Ik vond Fort de France niets bijzonders, erg luidruchtig en druk. Gauw de bus terug dachten wij. Niet dus, onze bus kwam maar niet opdagen. Dan maar een taxi, ik was het wachten meer dan zat. Achteraf stonden wij gewoon verkeerd, stom he. Toch maar besloten een auto te huren anders zie je niets van het eiland. De verhuurbedrijven zitten allemaal bij de luchthaven. Vrienden van ons gingen juist die dag de auto terugbrengen, dus Hans had de mazzel dat hij mee kon rijden naar de luchthaven. Nadat Hans een auto had gehuurd konden onze vrienden weer mee terugrijden, dus een prachtige win win situatie.  Wij hebben de auto voor vier dagen gehuurd, dus wat de doen? De eerst dag zijn wij lekker gaan winkelen en de prijzen van de verschillende supermarkten vergeleken. We blijven toch Hollanders. Ik moet eerlijk zeggen, alles is hier te krijgen maar wel een stuk duurder dan in Nederland, al verschild het wel per eiland. Zo betaalde ik een keer voor twee tomaten zes euro, dat vind ik dus wel te duur. Maar je koopt het toch wel, want uit eten gaan is toch altijd nog duurder vind ik.
Een impressie van de botanische tuin
De tweede dag zijn wij naar een botanisch tuin met een waterval gereden. Dat was de moeite meer dan waard, erg mooi aangelegd en zeer goed onderhouden. Aansluitend zijn we naar Le Marin gereden om onze vrienden van de Epoxy te bezoeken. Die lagen hier met hun boot op de wal voor onderhoud aan het onderwaterschip. Ze vonden het heel leuk dat wij even een borreltje kwamen drinken, het was weer erg gezellig met elkaar.
De oostkust van Martinique
De derde dag zijn wij naar de oostkust van het eiland gereden, met een tussenstop in Le Marin om nog wat watersportwinkels te bezoeken. We waren op zoek naar een Pilot voor de Leeward Islands. Deze hebben we niet kunnen vinden, hopelijk heeft een van de volgende eilanden deze pilot. De oostkust van het eiland is mooi groen, heel anders dan de westkant waar wij liggen met de boot. De vierde dag zijn we lekker naar een strandje gegaan om te zwemmen en te zonnen. Aansluitend zijn we uit eten geweest, als afsluiting van deze mooie, maar vermoeiende dagen. Volgende keer toch maar twee dagen een auto huren, vier dagen achter elkaar is voor mij toch te vermoeiend in deze hitte. Ik wil graag weer verder, de marina houd ik wel voor gezien, ik wil gewoon weer lekker achter mijn anker liggen.
Onze ankerplek bij Saint-Pierre
Op naar het eiland Dominica, het eiland dat in september 2017 is getroffen door de orkaan Maria, een orkaan van de 5e categorie. Veel zeilers slaan dit eiland nu over omdat men bang is voor criminaliteit. Wij besluiten dat niet te doen en de verhalen met een korreltje zout te nemen. Achteraf gezien een hele goede keus. De afstand naar de plek die wij willen bezoeken is te groot om dat in één dag bij daglicht te kunnen zeilen. Wij ankeren dus voor één nachtje bij het plaatsje Saint-Pierre, aan de westkust van Martinique en gaan de volgende morgen weer verder. Bij aankomst in de Prince Rupert Bay bij het plaatsje Portsmouth op Dominica , worden we hartelijk verwelkomt door een local die ons met zijn boot tegemoet vaart. Hij stelt zichzelf voor als Lawrence of Arabia, de naam die ook op zijn boot staat geschilderd. Later horen wij dat de locals, die hier de zeilers helpen, zijn aangesloten bij een vereniging en dat men onderling de afspraak heeft dat de eerste die contact maakt met een jacht hier zijn waren mag aanbieden.  ze langzaam aan weer hun leven kunnen oppakken. Er is wel internet maar dat is nog zeer traag, ik denk dat het nog vele jaren gaat duren voordat dit eiland weer enigszins hersteld is van deze orkaan.  
Een schitterende leguaan 
Rustig in een heel laag tempo wordt alles weer opgebouwd, wat vandaag niet af is komt morgen of volgende week, of volgden maand. Niemand maakt zich daar verder druk om, als men maar te eten en te drinken heeft. Als ik later met Lawrence hierover een gesprek heb, legt hij mij uit dat de mensen hier het leven nemen zoals het komt, men maakt zich niet zo druk om al dat puin dat op straat ligt en om de wederopbouw van hun eiland. Wat een verschil met Martinique. Er komt een mannetje aan varen en vraagt of wij nog een gastvlaggetje nodig hebben. Omdat wij deze niet hebben bestellen wij er één bij hem, binnen een uur hangt deze aan onze boot.
Onze ankerplek bij Portsmouth
We liggen hier prima achter ons anker en het uitzicht is mooi. Als we wat beter kijken zien wij Francis met CU Lin en de Tijd met Michiel, Anouk, Tim en Jelle voor anker liggen. Ook de Vagebond van Hans en Roos zien we liggen. Veel Nederlandse boten dus. Grappig vind ik dit, dat ondanks de negatieve adviezen de Nederlanders toch gaan. Zo kun je weer ervaringen uitwisselen met elkaar en dat is toch wel erg leuk. Aan de wal gekomen zien we dat de orkaan Maria hier flink veel schade heeft aangericht. De elektriciteitskabels liggen nog deels op de weg, vele daken zijn nog niet hersteld, soms ligt er alleen nog maar een fundering en is het hele huis verdwenen. Zelfs nu nog, ruim 6 maanden na de orkaan, is de schade immens. Hier zijn vele doden gevallen en men is blij dat
Met Lawrence hebben wij een afspraak gemaakt om een boottochtje te maken over de Indian River. Deze rivier gaat in eerste instantie door de mangroves. De tocht volgt de rivier zo lang als deze bevaarbaar is. Aan het einde is en plek waar men een klein restaurantje heeft gebouwd voor een drankje en een hapje. Om zeven uur in de ochtend worden we door Lawrence met zijn boot gehaald. In de vroege ochtend zie je, volgens hem, meer dieren dan later op de dag. Als we roeiend de rivier opvaren, zien we dat ook deze veel te lijden heeft gehad onder de orkaan. De motor staat uit om de dieren niet schuw te maken. Lawrence verteld ons dat men 29 dagen is bezig geweest om de rivier weer bevaarbaar te maken tot aan het kleine restaurantje. Het restaurantje zelf is haast niet beschadigd maar helaas nog gesloten omdat nog te weinig mensen deze tour maken.
Onderweg met de peddels
Onderweg verteld hij ons alles over de dieren en de planten die we tegenkomen. Zo zien we prachtige vogels, landkrabben en planten. Aan het eind maken we ook nog een kleine wandeling. De terugtocht verloopt sneller, waarbij we nog even een zijrivier ingaan om ons een filmlocatie te laten zien uit de film “Pirates of the Caribbean”. Weer terug bij de boot besluiten wij nog even naar de fruitmarkt te gaan. Omdat veel stalletjes de zelfde producten aanbieden is het soms wel moeilijk bij wie je wat moet kopen, ze willen allemaal dat jij bij hen koopt. Dat is dan lastig want fruit hou je in de warmte ook niet zo lang goed.
‘s-Middags gaat Hans nog een wandeling maken met de anderen Nederlanders. De wandeltocht voert ons naar een oud fort. Het fort ziet er prachtig uit en is ook uitsteken onderhouden en geconserveerd.
Een deel van het fort
Zelden hebben we een fort gezien wat in zo’n goede conditie was. Zelfs de kanonskogels lagen nog op een plank en de kanonnen stonden nog op de echte originele standaards. Ik blijf op de boot want zo’n wandeling is mij te zwaar en even lekker op het dek lezen is ook heerlijk. Opnieuw kwam er een mannetje langsvaren met de vraag of dat wij zin hadden om de volgende avond te komen barbecueën op het strand. Hiervoor moet je wel een vast bedrag betalen, maar hiervoor krijg je dan wel eten en drinken. Dit leek ons wel leuk en gezellig. Nou dat was het zeker, we gingen met z’n allen, dus één grote tafel vol met Nederlanders.
De oude kanonnen nog netjes op een rij en in prima conditie
Er werd volop vrolijke muziek gemaakt en er waren muzikanten bij die daarnaast jongleerde of hun acrobatische kunsten lieten zien, een waar spektakel om te zien. Moe en voldaan keerden wij terug naar de Ikinoo waar ons bedje geduldig op ons wachtte, welterusten. De volgende morgen zijn we vertrokken, nadat we iedereen even gedag hadden gezegd, wie weet komen wij elkaar wel ergens weer tegen. Op naar het plaatsje St-Louis op het eiland Marie Galante, ook weer een eilandje behorende bij Frankrijk. Leuk zeilweer, niet te gek veel wind, gewoon lekker. Onderweg zeg ik tegen Hans; is dat nu een rif of zie ik het verkeerd. Hans pakt de verrekijker erbij en zegt; nee, dat is geen rif maar dat zijn walvissen en ze komen onze kant op. Je blijft naar het water turen of ze ook werkelijk naar ons toekomen. Ze komen steeds dichterbij. We zien dat ze aan het spelen zijn want ze komen veel boven water. Als Hans even niet oplet omdat hij een grote plek met zeewier in het water wil ontwijken, springt op dat moment een walvis helemaal het water uit, mijn hart stond even stil, wat was dit indrukwekkend zo mooi, zo dichtbij en zo spannend. Dit was een gelukstreffer. Helaas lukt het ons niet om dit moment met een foto vast te leggen. Maar ze trokken helaas verder in tegenovergestelde richting, dus na verloop van tijd waren ze uit het zicht. Aangekomen in de baai van St.-Louis zien wij de Zwerver al liggen. Leuk om elkaar weer te zien en het wordt weer erg gezellig. Aan de wal gekomen zien we dat de orkaan Maria hier nauwelijks zichtbare schade heeft aangericht, terwijl Dominica toch maar 25 nm verderop ligt, of heeft men hier alles al weer opgeruimd en hersteld? De tegenstelling is heel erg groot. De volgende dag Hans gaat inklaren. Dat is hier niet zo gemakkelijk want je moet naar de luchthaven, 15 km verderop. Ik zeg; pak je toch gewoon de bus. Helaas, de bus ging niet naar de luchthaven maar wel naar Grand Bourg en de resterende 5 km dan maar lopen. Bij de luchthaven aangekomen was er niemand, er stonden wel drie auto’s maar het pand was verder helemaal leeg.
Nabij het pleintje van Grand Bourg tref je een handelaar in kunstwerken,
grotendeels gemaakt van pallets en ander afval materiaal
Elke deur was gesloten, alleen de verkeerstoren en de brandweer waren bezet. Hans hield het voor gezien en is terug gaan lopen. Opnieuw in Grand Bourg aangekomen was het niet duidelijk wanneer de volgende bus ging, nergens is een bushalte met een boordje te vinden. Dan maar verder terug lopen naar St.-Louis. Ach, zegt hij, een mooie wandeling van totaal ruim 20 km, zo kan je het ook bekijken. Dan maar niet inklaren, jammer we hebben ons best gedaan. Er komt een boot binnen met een Nederlandse vlag, de Bonnefooi, een Halberg Rassy van 62 foot, die hadden wij nog niet eerder ontmoet. Ze komen even gedag zeggen en vragen of wij samen met onze vrienden van de Zwerver zin hebben om een borreltje te komen drinken, nou gezellig, doen we. De Zwerver hadden ze al eerde ontmoet en dan maanden later kom je elkaar hier weer tegen, grappig he, de wereld is zo groot niet. Anne en Peter lieten ons de boot ook van binnen zien, ja want op iedere boot waar je komt wil je graag het interieur bekijken. Een prachtige boot, waarbij wij heel klein zijn terwijl wij onze boot al groot vinden De volgende dag zijn we 2 mijl verder gevaren waar we om de hoek zijn gaan ankeren. Het is een hele mooie baai met helder water, waar je heerlijk kunt snorkelen, wat wij dus ook hebben gedaan. Nicole van de Zwerver moet er nog even inkomen met snorkelen, maar het gaat steeds beter. Het was erg mooi, maar je mag er ‘s-avonds niet blijven. Wij terug naar ons vorige ankerplekje, om daar de nacht door te brengen. De volgende morgen zeilden wij samen met de Zwerver naar Guadeloupe, prima zeilweer en wij houden de Zwerver redelijk bij. Op het laatst is hij toch sneller, maar dat vinden wij stiekem toch wel fijn, want dan kunnen wij kijken waar je moet gaan liggen. Wij liggen mooi achter een rif. Morgen gaan we inklaren, nu zijn wij moe en willen een ankerbiertje, dat hebben wij dik verdiend vinden wij zelf.

maandag 26 maart 2018

St. lucia en de Grenadines


Dat de wereld niet zo groot is als dat we denken, is de afgelopen weken wel weer gebleken. Weken vol met nieuwe en oude contacten, maar vooral ook met onverwachte leuke ontmoetingen. Dit maakt het zeilen zo ontzettend leuk.
Onze plek aan de mooring in Clifton
Het werd weer tijd om verder te gaan, dit keer naar het plaatsje Clifton op Union Eiland. Het is niet zo ver varen maar we moeten wel opkruisen om te kunnen blijven zeilen. Het is een heerlijke dag om te zeilen en we genieten er saampjes van. Daar in de baai aangekomen, zien we dat er niet zo veel goede ankerplekjes zijn. Er komt een man aanvaren, met zijn dinky, die vraagt of dat wij aan mooring willen liggen? Wij kijken elkaar aan en besluiten dat te doen, want er is niet zoveel plek. Tevens hadden we al van vrienden gehoord, dat als je hier vier nachten blijft liggen je er maar drie behoeft te betalen. Wij liggen hier achter een klein rif, erg mooi van kleur, heeft ook wel weer wat. Ik zelf heb niet zoveel van dit eiland gezien, behalve dan het dorpje en de restaurantjes waar we wat gedronken of gegeten hebben.
Een vliegtuigje met toeristen in aanloop naar de landingsbaan
Hans heeft nog een kleine wandeling gemaakt om toch nog wat meer te zien. Hij is naar het oude fort gelopen wat boven de baai ligt. Hier vandaan heb je een prachtig uitzicht over de baai en de naast gelegen eilanden. Maar ook over het kleine vliegveldje wat dagelijks vele toeristen brengt en weer ophaalt. De vliegtuigjes vliegen daarbij vlak over de huizen in het dorpje. Dit ziet er soms spectaculair uit. Ondanks dat je hier wel het echte Carieb gevoel krijgt, kon dit eiland ons niet bekoren.


Dus na deze vier daagjes houden wij het voor gezien, op naar de Tobago Cays, the place to be.
Wij hadden al gehoord dat het er erg druk zou zijn, maar wilden er wel naar toe. Wat een mooi omgeving is het hier, zo veel kleuren blauw en groen en ook zulk mooi helder water. Al zoekende naar een plekje om te ankeren zagen we dat het toch wel ontzettend druk was. Ter plekke besloten we er maar rustig doorheen te varen en door te gaan naar Bequia. Misschien dat we het op de terugweg aandoen, dan is het ook een stuk rustiger. Zoals gezegd dus op naar Bequia, met een tussenstop op Canouan. Het weer zit gelukkig mee, het is prachtig zeilweer, niet zo van die hoge golven. De wind is niet erg, maar de golven maken het soms niet prettig. Maar ja lieve koekjes worden niet gebakken. Aangekomen op Canouan besluiten we in de Rameau Bay te ankeren.
Vrienden van ons hadden een wat mindere ervaring in de Charlestown Bay, doordat daar veel swell naar binnen komt. De noordelijke Rameau Bay is echt prachtig, wat een mooi baai is dit met mooi helder water. We maken snel de boot aan kant en nemen dan een heerlijke duik in het water, even afkoelen, zaligggg. Wat volgt is natuurlijk het ankerbiertje, die houden wij er wel in. Ook al is het een alcohol vrije dag. Na een heerlijke rustige nacht, zonder veel swell, halen we het anker op voor de volgende etappe naar Bequia. We kunnen direct zeilen, zelfs met alle drie de zeilen op. Met zo’n 10-14 kn wind vanuit het oosten is dit een van de mooiste zeildagen. Dit is zeilen zoals je dat vaker wilt hebben, geen hobbelige zee maar wel een prachtige wind. De tocht van 20 nm is veel te snel voorbij. Aangekomen in de Admirality Bay, zoeken we een mooi plekje om te ankeren.
Uitzicht vanaf een dakterras over de Admirality Bay
Het is hier druk, waarbij er ook veel boten aan moorings liggen. We vinden uiteindelijk een goed plekje aan de buitenzijde van de baai. Zodra het anker vast zit gaat Hans direct naar de wal om in te klaren en de omgeving te verkennen. Zelf blijf ik aan boord totdat we er van overtuigt zijn dat het anker echt vast zit. Wij hebben toch al een paar keer bootjes gezien waarvan het anker ging krabben en richting zee dreven. Daar zitten we niet op te wachten, dus blijf ik lekker aan boord. De volgende dag gaan we gezamenlijk naar de kant. Het is hier erg gezellig en kleurrijk. Hier is een soort boulevard met restaurantjes en winkeltjes langs het water. Ik vind zelfs een plek waar je kunt douchen, wat ik ook gelijk gedaan heb.
Shoppen!!!
Ik kan mij niet meer heugen wanneer ik voor  het laatst echt gedoucht heb. Wat mij wel opvalt in dit zeilersleven is, dat je de gewone kleine dingen die wij altijd als vanzelfsprekend vonden, nu weten te waarderen. Zo moet je ook water gaan halen met jerrycans en 8-liter flessen om de watertank te vullen, op zich ben je daar wel een poosje zoet mee. En zo zijn er wel meer dingentjes die allemaal veel tijd kosten, maar dat is iets waar wij genoeg van hebben, dus dat is weer een voordeel. Een van de eerst dagen komt er een Nederlander met zijn dinky langs om een praatje te maken. Hij vertelde dat hij met een aluminium Koopmans zeiljacht, de Mamma Cocha, de wereld rond was gevaren. Laat dat nu de boot zijn waar wij helemaal verliefd op waren en waarvan we de specificaties thuis hadden. We hebben hem zelfs een keer bekeken tijdens een botenbeurs. Helaas voor ons was deze boven ons budget. Nu voer hij hier 6 maanden per jaar charter met een Beneteau. Hoe klein is de wereld. Wij hadden het prima naar ons zin hier, totdat het weer omsloeg.
Het begin van de wandelpromenade langs de kust 
Wij zelf hadden het ‘s-nachts nog niet echt door, totdat wij ’s-morgens naar buiten kwamen. Direct achter ons waren de golfen met periodes behoorlijk hoog, twee boten die wat dichter naar de kant voor anker lagen, werden door een brekende golf platgeslagen. Iedereen was paraat, kunnen wij wel blijven liggen of moeten wij er vandoor? Gelukkig lagen wij een beetje achteraan en in het midden, dus konden wij blijven liggen, al hou je de boel wel goed in de gaten. Veel andere boten voor ons haalden hun anker op en zochten een betere plek om opnieuw voor anker te gaan. Heel het aangelegde houten wandelpad langs de kust was weggeslagen. Stukken van dit wandelpad, bamboe palen en grote boomstammen dreven voorbij. Dus het was goed uitkijken want die wil je niet tegen je boot krijgen. Hans is één keer met de bijboot een grote boomstam gaan wegslepen omdat hij te dicht bij onze boot kwam. Zielig voor de mensen hier, ze hebben het al niet breed en dan nu dit weer. Kun je alles weer opnieuw opbouwen. Maar ik moet ook eerlijk zeggen ze hier niet echt vlot zijn, van aanpakken hebben ze hier nog nooit van gehoord, dus zo kan het nog wel even duren voordat alles weer is hersteld. Daarbij komt dat bijvoorbeeld het houten wandelpad met spijkers in elkaar wordt gezet, wij Hollanders zouden het direct storm proef maken door er een stalen constructie van te maken waar het water geen vat op heeft. Maar ja, zo werkt dat hier niet.
St. Vincent vanaf het water
Wij besluiten om weer verder te gaan naar het eiland St. Lucia. Zodra we de zeilen hebben gehesen vliegen we naar St. Vincent, het eiland is te bezeilen. Het eiland St. Vincent varen we vandaag voorbij omdat hier momenteel veel criminaliteit is. Eenmaal voorbij het eiland lukt het niet om de Ikinoo op snelheid te krijgen en te houden. Ondanks de 20-25 kn wind lukt het niet om een snelheid van 5kn te behalen. Na enig denkwerk stel ik vast dat er ten eerste een flinke stroming tussen de eilanden staat, die dwars binnen komt, en ten tweede dat we steeds door de golven tot stilstand worden gebracht. Nadat we de Yankee voor 60% hebben bijgezet, neemt de snelheid toe, zodat we continu boven de 6kn varen. Het heeft echter te lang geduurd waardoor we een tussenstop moeten maken bij Soufriere.
Aan de mooring bij Soufriere
Hier is een prachtige mooie baai, waar wij een mooring pakken, ankeren kun je er niet omdat de bodem te snel afloopt. Wij liggen er zo mooi achter de twee bergen genaamd de Gros Piton en de Petit Piton. Hier zou ik best wel even willen blijven, maar ja de volgende dag toch maar verder. Op naar de Marigot Bay. Dit is een prachtige mooie diepe baai waar je kunt ankeren of een mooring kunt pakken. St. Lucia heeft vele mooie baaitjes, het is dan ook een beetje baaitje hoppen. Je hebt iedere keer weer een ander achtertuintje. We liggen heerlijk achter ons ankertje. Er gebeurd hier van alles. De hele dag komen en gaan er boten langs met hordes toeristen, die nogal luidruchtig zijn. Wat worden wij een watjes zeg, ha, ha.
even mijn dinky aan de kant leggen
Maar er komen ook boten voorbij waarbij je mond even openvalt en zeg je toch “even mijn dinky aan de kant leggen” ha, ha, ha. Ik vraag bij mijzelf wel eens af, wie kan dit betalen. De ene is nog groter en mooier dan de andere en allemaal met personeel erop die dezelfde kleding draagt. Luxe in de overtreffende trap. Maar ze zullen je nu nooit eens uitnodigen voor een bakkie, kijk en dat vind ik nou niet leuk, je bent tenslotte buren, ja toch!? Even kennis maken vind ik toch wel zo netjes. Maar nee hoor, volgende keer beter.
Om vijf uur is het hier aan de wal happy hour, twee drankjes voor de prijs van één, daar zijn wij dol op, we zijn ten slotte echte Hollanders. Ze hebben hier van die heerlijke cocktails, al drink je het wel als limonade, maar lekker dat het is. En zo kom je aan de bar ook weer met andere mensen aan praat. Meestal praten we Engels. maar als ik wat tegen Hans zeg doe ik dat in het Nederlands. Hierop krijg je soms de reactie van, ach jullie zijn Hollanders, laten we dan Nederlands praten. Dat vind ik wel grappig. De volgende morgen roept Hans mij en zegt “kijk eens wie daar liggen, Anders en Berit”. Dit is een Zweeds koppel die we op Grand Canaria hebben leren kennen. Hans heeft veel met ze gewandeld en gezamenlijk hebben we vele avonden gezellig doorgebracht met het maken van muziek. Ik had nooit gedacht dat wij ze nog ooit zouden tegen komen. De laatste keer dat wij ze zagen was eind mei 2017 in Las Palmas, wat leuk zeg.
De Ikinoo voor anker in de Marigot Bay



Wij nodigen ze uit voor het avondeten. Het was weer als vanouds, heerlijk geklets en natuurlijk speelde Anders op zijn gitaar en hebben we met elkaar gezongen. Wat was het een leuke tijd in Las Palmas met z’n allen. De volgende dag zijn we bij Anders en Berit wezen eten. Die schat had lekkere flensjes gemaakt, heerlijk, en wat was het weer gezellig. We hebben nog een selfie gemaakt en naar de vriendengroep in Las Palmas gestuurd. Wat was het leuk om ze weer te zien . De wereld is toch maar klein, dat merkte wij de volgende dag opnieuw. Nadat Anders en Berit weer waren vertrokken gingen wij ’s-middags nog even wat drinken. Aan de bar komen we aan de praat met Martina en Daniel, een Zwitsers echtpaar. Ja en waar praat je dan zo over, eigenlijk over van alles zoals waar kom je vandaan, waar ga je heen, wat voor werk heb je gedaan. Zij waren ook in La Palma geweest en vandaar overgestoken naar Martinique. Wij zijn kort voor hen in La Palma geweest, zo kom je er dan dus achter dat je dezelfde mensen kent en dat is zo’n leuke ervaring. Dus ook nu weer een selfie gemaakt en opgestuurd naar onze gezamenlijke vrienden Coen en Jose van de Wildeman. Die reageerden direct met; och dat zijn Hans en Sonja, dat vind ik toch zo leuk. Ik hoop dat ik Coen en Jose ook nog eens zal zien, wie weet de wereld is toch maar klein.
Een impressie van de botanische tuin met al zijn planten, de waterval en de dieren
Om iets meer van het eiland te zien, hebben we een chauffeur in de armen genomen die ons de gehele dag het eiland rond rijd. Zo bezoeken we de botanische tuin waar ook een mogelijkheid aanwezig is om een bad te nemen in water met een hoog mineraal gehalte. De tuin was heel natuurlijk aangelegd zodat je je in het oerwoud waande. Daarna zijn we een krater gaan bezoeken waar je een modderbad kunt nemen. Dit laatste hebben we maar aan ons voorbij laten gaan. De stank van de zwavel is te nadrukkelijk aanwezig.
Vertrek uit Marigot Bay
Op dit eiland is het erg gezellig maar we moeten toch weer een keertje verder. Wij nemen afscheid van onze nieuwe vrienden maar houden contact. Dan is Facebook toch wel weer erg fijn om te hebben. Je stuurt foto en berichtjes naar elkaar, waar je toch weer leuke dingen van opsteekt. En je wilt toch wel weten of alles oké is.



Zo zie je maar weer, in de afgelopen weken opnieuw vele ontzettend leuke nieuwe mensen ontmoet en het contact met oude bekenden aangehaald in een steeds kleiner wordende wereld.



woensdag 28 februari 2018

Grenada


Afbeeldingsresultaat
Tobago gaf ons nog niet een echt Carieb gevoel, we miste hier de mooie strandjes met palmbomen vlak bij de boot, waar je in de zon aan een rumpunch zit te genieten van het leven, de muziek, de mensen en vooral van elkaar. Op naar Grenada waar we dat hopelijk wel zullen vinden. Grenada bestaat uit een verzameling van eilanden. Hiervan zijn de drie belangrijkste; Grenada, Carriacou en Petite Martinique. Daarnaast zijn er nog een aantal kleine, soms onbewoonde eilandjes, zoals bijvoorbeeld Sandy Island. Vanuit Tobago zijn we aan het einde van de middag vertrokken om zo gedurende de nacht naar Grenada te varen, een afstand van 82nm. Al direct na onze eerste wacht van 3 uur, stelde we vast dat we te snel gingen, opnieuw moesten we er voor kiezen zeil te minderen, om zodoende bij daglicht aan te komen. De zee was vandaag hobbelig met daarbij een vlagerige wind, een combinatie die niet echt veel comfort met zich meebrengt aan boord. Onze tactiek om zeil te minderen totdat we een snelheid hadden van ronde de 5kn werkte uitstekend. Hoe dichter we naar Grenada toe kwamen des te meer stroming kregen we van opzij, tot wel 2kn. Het laatste stuk tot aan de Prickly Bay zeilde we zoals je de haven van Vlieland binnen vaart, schuin door het water. Om 07:30 LT lag het anker vast in de grond. Deze baai is groot, met veel ruimte voor zeiljachten.
Er zijn volop moorings en er is voldoende plek om te ankeren in een zanderige bodem. Gedurende het orkaanseizoen verblijven veel zeilers hier omdat de meeste orkanen veel noordelijker passeren. Daarbij heeft deze baai het grote voordeel dat er een scheepswerf is waar je de boot op de kant kunt zetten voor onderhoud en reparatie. Daarbij alle winkels en diensten die je nodig kunt hebben, een zeilmaker, een tuiger, een schilder, een goed uitgeruste watersportwinkel, diverse winkels met buitenboordmotoren, onderhoudsdiensten voor de meest voorkomende scheepsmotoren, etc. Tevens wordt er veel voor de zeilers georganiseerd, elke ochtend om 07:30 LT is er een radionetje op kanaal 66, waarop je, in het Engels, te horen krijgt wat er zoal te doen is die dag. Een geweldige plek dus om langer te verblijven.
De politie kantine van St. George's
Wij moesten op zoek naar een nieuwe en vooral sterkere en betrouwbare buitenboordmotor en een nieuwe babystag. Vlak voor ons vertrek uit Tobago, zagen we dat de terminal van de babystag een scheurtje vertoonde. Ter voorkoming van het verder scheuren van de terminal hebben we deze versterkt met een grote kabelklem die precies om de terminal heen paste. Het maken van een nieuwe babystag was hier binnen drie uur geregeld. Zo hadden we dus reeds na de eerste dag deze klus al geklaard, nu nog een nieuwe buitenboordmotor. Ook deze hebben we, gedurende ons verblijf op Grenada, gevonden, een 5pk Mercury 2-takt motor.

Aan de wandel in St George's

De oude motor hebben we weggegeven aan een stel arme vissers die we zagen varen. Deze deden alles nog met houten roeispanen omdat ze onvoldoende geld hadden voor een buitenboordmotor. Als kinderen zo blij waren ze met onze oude motor. Bij aankomst in de baai zagen we direct de Zwerver van Diederik en Nicole liggen. Gezamenlijk hebben we een dagje doorgebracht in St. George's, de hoofdstad van Grenada. Het was een feestdag omdat het 40 jaar gelden was dat men zelfstandig werd, een dag dus vol feestelijke activiteiten.
Even uitrusten voor de laatste etappe naar het restaurant
Wij waren echter veel te vroeg op pad gegaan, waardoor we al moe waren voordat er echt iets was begonnen, jammer, volgende keer beter. De lunch was echter van een prima kwaliteit. Dat deze baai, waar we nu liggen, echt een plek voor zeilers is blijkt wel uit het gegeven dat aan de noordzijde van de baai zich een klein winkeltje, een slagerij annex bakkerij, het Customs kantoor, een kleine jachthaven met steigers en een restaurant bevinden. Het restaurant heeft een sterk Wifi signaal waarvan een ieder gratis gebruik mag maken. Er zijn dan ook diverse speciaal ingerichte vaste tafels met banken waar je terecht kunt om je mail te controleren of te internetten.
Happy hour aan het einde van de dag
Het restaurant organiseert daarnaast haast elke avond wel wat voor de zeilgemeenschap.

Iedere avond van 18:00-19:00 uur is er happy Hour, maandagavond elke pizza voor de halve prijs, woensdagavond Bingo, vrijdagavond live muziek met een steelband en een reggaeband en zondag filmavond. Vooral de vrijdag avond vonden wij heel gezellig, met hele goede muziek waarop volop gedanst werd. Het Carieb gevoel begon te komen. Al doende vlogen de dagen op Grenada voorbij, tijd om door te gaan naar het volgende bestemming, de Tyrrel Bay op Carriacou. Om daar te komen moesten we eerst wel enige mijlen zeilen tegen de wind in, wouw dat was wel heel lang geleden dat we dat moesten doen. We moeten er weer aan wennen, zeker omdat de voorspellingen voor die dag opnieuw niet uitkwamen. In plaatst van de voorspelde 16-19kn wind, stond er 22-28kn ware wind met bijbehorende korte en steile golven.
Zeilend langs de kust van Grenada, toen nog met 15kn wind
Daarbij was het een grauwe dag zonder veel zon. Om enige voortgang te behouden hebben we deze afstand van 42nm motor zeilend afgelegd. Niet mijn favoriete bezigheid, maar het was even niet anders. Wel heb ik, voor het eerst sinds Engeland, zelf de gehele dag achter het roer gestaan, dus elk nadeel heeft ook weer een voordeel. Om 17:30 LT lag ons anker vast in de Tyrrel Bay. Tijd voor de borrel en wat te eten. In deze baai is een goed uitgeruste winkel aanwezig en natuurlijk diverse restaurantjes met prima eten en een sterk Wifi signaal.


Overzicht over de Tyrrel Bay van Carriacou
Uitzicht over de eilanden aan de zuidzijde van Carriacou
Carriacou is daarnaast een leuk klein eiland met verschillende wandel mogelijkheden. Op aanraden van Marlies van de Ocean Goose, neem ik een route over de zuidkant van het eiland. Deze kant is heel mooi met schitterende uitzichten richting Grenada. Helaas is het die dag niet echt helder waardoor de foto’s niet zo goed tot hun recht komen. We hebben ook de hoofdplaats van dit eiland bezocht, het plaatsje Hillsborough. Vanuit de Tyrrel Bay kun je een busje nemen die je voor 3,5 ECD naar Hillsborough brengt. We konden niet direct het plaatsje inrijden omdat er zich een groep mensen had verzameld voor een optocht. Vandaag was het de dag van de verkiezingen. Nadat we het plaatsje hadden bezocht, iets wat je doet binnen één uur doet, zijn we terug gereden, boodschappen gedaan en uiteindelijk op een terrasje beland voor een heerlijke lunch.
De optocht voor de verkiezingen
De laatste avond dineren we in het Slipway restaurant met een heerlijk voorgerecht van rauwe tonijn, voor mij een medium gebakken steak en voor Sonja gegrilde garnalen, dat alles weggespoeld met een heerlijke rode wijn. Nadat we in de ochtend hebben uitgeklaard, t de motor aan richting Hillsborough, naar Sandy Island. Dit is beschermd natuurgebied bestaande uit een strip zand tegen een rif met hierop diverse palmbomen. Je mag er niet voor anker gaan maar moet gebruik maken van één van de 10 moorings die men hier heeft neergelegd. De controle is zeer scherp. De prijs valt ons mee, voor 25 ECD lig je hier één nacht aan de mooring. Zodra we vast liggen, gaan we met de bijboot naar het strand om daar te snorkelen. Vooral bij het rif aan de Noordoost zijde kun je prima snorkelen. We zien er vele mooie vissen en voor het eerst van mijn leven direct voor me een schildpad, heel indrukwekkend. Zo gaat de dag voorbij en genieten wij van ons uitzicht en de ondergaande zon. Morgen gaan we naar Union Island, een tochtje van 12nm, opnieuw tegen de wind in maar wel met een veel betere wind.


Sandy Bay, het Carieb gevoel begint te komen, nu nog een rumpunch op het strand

vrijdag 16 februari 2018

Tobago


Afbeeldingsresultaat voor vlag van Tobago
De vlag van Tobago
We zijn in het Caribische gebied. Jaren hebben we hiervan gedroomd, op eigen kiel naar de Caribische eilanden. En dan is het zo ver, we zijn aangekomen in Charlotteville op Tobago. Ons eerste eiland in de Caribische archipel. Zo op het eerste gezicht een schitterende mooie beschutte ankerbaai, maar daarover later meer. We beginnen bij het begin, onze aankomst in de Man of War Bay bij Charlottevile. Bij binnenkomst zien we de Zwerver direct al liggen. Veel van de zeilboten liggen aan de noord kant van de baai, wij besluiten in het midden naast de Zwerver te gaan liggen. Het is hier 20 meter diep, dus gooien we alle ketting naar buiten die we hebben, de volle 55 meter. We liggen direct als een huis. Dit wordt ons plaatsje voor de komende 10 dagen. Zo nu eerst even tot rust komen van de 3-daagse overtocht vanuit Suriname. Een paar uur na ons komt ook de Ocean Goose binnen. ‘s-Middags gaan we gezamenlijk met de luitjes van de Zwerver en de Ocean Goose de wal op om ons in te klaren. Alles bij elkaar verloopt dat redelijk vlot en de kosten vallen ons mee, ondanks het feit dat we een boete fee moeten betalen omdat het zaterdag is. Als alles is geregeld, druipen we af naar een terrasje voor een frisse versnapering.
Een bananenplant in bloei in de tuin van het restaurant
Wij besluiten met z’n tweeën hier direct maar een verlate lunch te nemen zodat we vanavond niet behoeven te koken. Die dag liggen we vroeg op bed om wat slaapachterstand in te halen, ik heb maar 3,5 uur geslapen vannacht. Ons verblijf op dit eiland kenmerkt zich door het vele nietsdoen. Eén dag willen we met acht man twee auto’s huren, de avond ervoor worden echter 3 man ziek zodat we uiteindelijk met één auto en vier man een tochtje maken over het eiland. Aan de westkant van het eiland bevinden zich nog enige andere ankerplekken, allen echter klein met enige swell. Aangekomen in Scarborough, zien we een mega cruiseschip liggen, we verwachten dan ook dat het er wel erg druk zal zijn. Niets is minder waar, er zijn volgens ons nauwelijks mensen die van boord gaan.
Een eenzame zeiler in één van de andere baaien
Deze hoofdplaats van Tobago kenmerkt zich door het gebrek aan restaurants, terrasjes, winkels en eigenlijk alles wat het voor de toerist aantrekkelijk zou kunnen maken. Een saaie plaats dus. Gedurende de eilandtour bezoeken we nog het strand, waarna we via de oostkust weer terug rijden naar onze ankerbaai. Nee Tobago heeft niet echt veel interessante zaken om te bezoeken, behalve dan wat watervallen in het binnenland. Na een aantal dagen gaan we met de bijboot naar de Pirates Bay, een baai met een mooi zandstrand. Hier kunnen we heerlijk zwemmen en genieten van een koud biertje. Hier komt eindelijk dat Carib gevoel een beetje naar boven. We vinden hier tevens een waterslang waaruit zeer schoon water direct uit een bron komt. Water van een goede kwaliteit waarmee we onze watertank weer kunnen vullen. Als ik, een paar dagen later, voor de tweede keer met de lege flessen naar de wal vaar, wordt ik, ruim voordat de branding begint, onverwacht door een zeer grote golf met boot en al opgepakt en op het strand gesmeten. Ik kom op mijn hoofd terecht en ben even mijn oriëntering kwijt.
Eén van de kleine maar mooie eilandjes voor de westkust van Tobago
Als ik weer bij mijn positieve ben, kom ik tot ontdekking dat ik mijn bril kwijt ben. Na meer dan een uur zoeken geef ik het op, er staat ook veel te veel onderstroming die mij de zee intrekt. Helaas, dat was een goede bril minder. Met volle flessen water en een goede timing lukt het me weer om het strand te verlaten, helaas wel met een deuk in mijn ego. De dagen daarna kenmerken zich door een sterke swell die de baai binnenkomt en die het onrustig maakt aan boord. Tevens wordt het naar de kant gaan elke keer een operatie waarbij je heel goed moet oppassen wat je doet. Dit gaat op één keer na verder goed. Die ene keer vonden we onze bijboot terug onder de steiger, bij laag water was hij hieronder gedreven. Bij hoogwater zat hij dus geheel klem. Met behulp van andere zeilers lukte het ons uiteindelijk om de bijboot er onder vandaan te krijgen. Alleen de handvaten van de beide peddels waren wat beschadigd en het embleem van de boot was wat los gekomen. Eén van de laatste dagen van ons verblijf op Tobago hebben we met z’n tweeën nog een autootje gehuurd en een rondje over het eiland gemaakt, Sonja was namelijk de eerste keer vanwege ziekte niet mee geweest. De wegen op Tobago zijn voor het merendeel in een slechte staat van onderhoud. Soms is een deel van de weg weggezakt. In plaats van het te repareren, staat er nu een boordje bij, langzaam rijden vanwege het slechte wegdek. Te zien aan de leeftijd van het boordje, staat dit er waarschijnlijk al meer dan 10 jaar. Niemand maakt zich er druk om. Het werd weer tijd om door te gaan naar het volgende eiland van de archipel, Grenada. Gezamenlijk met de Ocean Goose zijn we op 2 februari aan het einde van de middag vertrokken voor een nachtelijke tocht naar dit eiland.